Totaal aantal pageviews

zondag 27 april 2014

cheffies

Het zal vast geen verschijnsel zijn dat alleen maar bij de politie voorkomt. Op een gegeven moment wordt iemand het ' gewone' werk zat en wil ergens iets over te zeggen hebben. Soms omdat hij of zij er goed in is (geworden), soms omdat het leuk is om ergens wat over te mogen beslissen en soms omdat ze voor iets anders niet meer geschikt zijn. Ik heb het over cheffies. De baas. Ontsproten uit ons midden mag een diender met veel ervaring leiding gaan geven aan een club mensen. In de afgelopen decennia is er bij de politie, maar ook in andere takken van sport een wildgroei ontstaan aan leidinggevenden. Er waren ( en zijn) groepschefs, de sergeanten bij de politie. De laagste vorm van leidinggevenden en de meest essentiële. Zij geven leiding aan acht tot tien agenten, beoordelen ze, sturen ze aan, zorgen voor nakijkwerk van het schriftelijke werk en doen duizend-en-één andere dingen. Dan zijn er wijkchefs, die de groepschefs aansturen en het beleid van boven vertalen naar beneden. En daarboven stond weer een chef, en nog één en wéér één. Maar nu hebben we de Nationale Politie, die alles overhoop gooit. Sowieso zijn er een groot aantal functies geschrapt die niet meer terug zullen komen in de nieuwe organisatiestructuur. En dat heeft vooral voor leidinggevenden gevolgen. Er zijn nog maar een stuk of 900 vacatures voor leidinggevenden op alle niveaus. En alle chefs moeten opnieuw solliciteren binnen de nieuwe structuur. Er zijn alleen wel 5000 gegadigden. Dat kan niet anders of het wordt een slagveld. En om zaken nog ingewikkelder te maken, worden de beoordelingscommissies gevormd door mensen uit het veld. Die stellen aan de hand van de richtlijnen een competentieprofiel op en wil een oude chef de nieuwe chef worden, moet hij daaraan voldoen. En de leden van de beoordelingscommissie moeten het unaniem eens zijn, of anders geen nieuwe wijn in oude zakken. Het doet toch een beetje denken aan de Franse revolutie, waarbij koningen en koninginnen die zichzelf onaantastbaar dachten door het volk berecht werden en niet zelden dezelfde dag nog kennis maakten met de guillotine. Tsjakka! Er is dus een overschot aan chefs die allemaal wat anders moeten gaan doen. Soms binnen de politie en soms daarbuiten. Maar wat ga je doen met pakweg 30 jaar praktijkervaring binnen de politie en je niet door de survival of the fittest komt? Wat moet je dan nog? In je sollicitatiebrief zetten dat je meerdere grootschalige incidenten goed hebt afgehandeld? Dat je niet terugschrikt van een treinlijk of vervanging? Dat maakt je bepaald niet geschikt voor een baan als leidinggevende bij de lokale Albert Heijn of van de stomerij. Nee, het is geen situatie waarin ik graag zou zitten, en velen met mij. Want wat de politie ook bood in het verleden, het was vooral baanzekerheid en goede secundaire arbeidsvoorwaarden waardoor mensen lang bleven plakken bij de politie. En natuurlijk het gegeven dat als je een carrière koos je maar zelden ging jobhoppen, zoals nu de mode is. En leidinggevende posities zijn niet de enige die gaan verdwijnen. Ik sprak laatst met de hoogste in rang op ons bureau: de wijksecretaresse. Die functie houdt in het nieuwe bestel op te bestaan. En niets in een politiebureau kan gebeuren zonder dat de wijksecretaresse ervan weet en haar goedkeuring eraan gegeven heeft, stilzwijgend of niet. Nieuwe pennen nodig, of nieuwe schrijfblokken? Vraag het de WS. Is de koffie op? Moet er een opbeurend kaartje naar een zieke of nieuwe ouders? De WS is het sociale geweten van de wijkagenten, die het zelf te druk hebben om daaraan te denken. Is er een overleg op het gemeentehuis? De WS kijkt in de agenda en plant de afspraak. Ze int boetes aan de balie, verzet bergen schriftelijk werk, onderhoudt contacten met de gemeente en andere instanties. Het lijkt zelf wel een beetje op een überwijkagent. Maar in de nieuwe setting is die functie er niet meer en worden alle wijksecretaresses teruggezet naar de afdeling service & intake, waar ze echter geen aangiftes meer mogen opnemen, maar alleen de telefoon mogen beantwoorden n klanten aan de balie te woord mogen taan. Als er ergens een vorm van kapitaalvernietiging is, dn is dat het: het afschaffen van de wijksecretaresse. Dus als Gerard Bouman per ongeluk deze hersenspinsels onder ogen krijgt, is dat de oproep die ik aan hem wil doen: Gerard, spaar de Martine's , de Wiena's en Emma's van onze organisatie en laat ze zitten waar wij er het meeste aan hebben. Op een goed functionerend wijksecretariaat, waar wijkagenten niet zonder kunnen. We zijn u dankbaar, oh grote Leider.

zondag 13 april 2014

Druk

Mensen presteren beter als ze onder druk staan. Tenminste, dat beweren mensen zelf als ze daarnaar gevraagd worden. Ik ben het daar tot op zekere hoogte mee eens. Daarnaast is niks doen ook niet echt een intellectuele uitdaging. En toch, als je deze gedachte in het achterhoofd houdt, zit ik liever rustig in mijn eentje een zaak te bekijken en een aanpak te verzinnen, dan in de hectiek van een aanhouding op heterdaad bij een groter incident te bedenken wat er allemaal nog moet gebeuren. Ziet u, dan is de wijkteamkamer net een heksenketel. De radio staat op nucleaire sterkte of de TV staat aan, iedereen roept door elkaar heen en er is een tijdsdruk, want er is zes uur de tijd voordat de beslissing genomen moet worden of de verdachte moet blijven of niet. En in die tijd moet vreselijk veel gedaan worden, lees: vreselijk veel papierwerk gedaan worden. Processen-verbaal van aanhouding, van bevindingen, verhoren, is de advocaat al gewaarschuwd en waarom is de boevenbus nou al weer te laat? Een collega van mij verzuchtte laatst, dat hij niet begreep waar ik de tijd vandaan haalde om überhaupt naar buiten te gaan en de wijk in te gaan. Ik snapte dat niet; je bent toch geen politieman geworden om een bureau te verdedigen? Maar het is een realiteit. De hoeveelheid papierwerk en telefoontjes met instanties grijpen je soms naar de keel. Koppel dat aan een werkinstelling die veel agenten met elkaar delen, te weten dat ze hun to-do list zo snel mogelijk willen inkorten of willen doen verkleinen en ze komen inderdaad niet meer buiten. Ik ruim daar bewust tijd voorin. Ik pak de fiets of ga lopen en verzet even mijn gedachten, ook al is het maar een uurtje. Ook al is de kans groot dat je tijdens dat uurtje weer allemaal nieuwe zaken opdoet. Ik vind dat de burger recht heeft op politie in de wijk. En daarmee kom ik tot de kern van dit verhaal, wat begon -zoals zoveel van deze blogs - door een artikel in de krant over het uit de hand lopen van de wietteelt in het zuiden des lands. Als wiet in vloeibare vorm bestond, zou het niet bij de politie over de schoenen lopen, maar zouden we erin verzuipen. Meer dan 70 % van alle rechercheonderzoeken die daar gedraaid worden, is hennep-gerelateerd. Andere zaken, zoals woninginbraken of geweldsmisdrijven blijven liggen. Een onderzoek naar een hennepplantage is al veeleisend en helemaal als je - zoals we de afgelopen jaren duidelijk niet deden - achter de kopstukken achter de kwekerijen aan wilt gaan. De burgemeesters schreeuwen moord en brand. Ze kunnen de veiligheid van hun burgers niet meer garanderen. Of dat nou komt doordat de politie druk is met het bestrijden van wietteelt en daardoor niet inzetbaar is voor andere zaken of omdat het risico op woningbranden, door de vaak abominabel slecht aangelegde stroominstalaties bij hennepkwekerijen, heel hoog is. En dis komt de politie nauwelijks meer op straat voor toezicht. En wat zegt de Nationale Politie in een reactie op de klachten van de burgemeesters? "DE BURGEMEESTERS BEPALEN ZELF IN DE LOKALE DRIEHOEK WAARAAN POLITIECAPACITEIT WORDT BESTEEDT". Met andere woorden, als jullie zo druk zijn met bestrijden van hennepoverlast, is dat jullie eigen keus en kunnen wij daar niks aan doen. Ja, dag! Zo lust ik er nog wel eentje, zeg. De lokale driehoek is het driehoeksoverleg tussen de burgemeester, de Officier van Justitie en de Korpschef. Hierin wordt ten deel bepaald waar POLITIECAPACITEIT aan wordt besteedt, maar politiewerk is voor een groot deel symptoombestrijding en pas daarna komen geplande en gecoördineerde inzetten. Als een wijkagent dus weet krijgt van een hennepplantage in zijn wijk zal hij die, om de hierboven genoemde redenen zo snel mogelijk opgerold willen hebben. Ook al om aan te tonen aan de buurt dat hennep kweken niet loont. Ja, het betaalt misschien wel leuk, maar je begeeft je in de klauwen van de georganiseerde misdaad en daar kom je echt niet meer los van. En als jij gepakt wordt met 500 plantjes op je zolderkamertje, komen de bazen heus niet op bezoek in de bajes om hun sympathie te betuigen. En de boetes komen ook voor jouw rekening en, oh ja, het feit dat de woningbouwvereniging je huurcontract eenzijdig opzegt en je met je hele boeltje op straat staat, kan de bazen slechts in zoverre iets schelen dat ze één locatie minder hebben om hennep te kweken. Het stukje over de politie-inzet vermeldde verder dat "vorige maand duidelijk werd dat de politie tegen de regulering ( lees: het legaliseren) van wietteelt is " . Nou, de top is dat misschien wel, mede ingegeven door het standpunt van minister Opstelten, maar iedere weldenkende diender ( en vooral de wijkagenten) ziet alleen maar de voordelen van legalisering. Het scheelt een puist werk, om maar eens te beginnen. Het risico op branden gaat navenant omlaag. Straattelertjes zullen geen werk meer hebben en dus geen onverklaarbaar hoge inkomsten met daaraan gekoppeld een houding naar de politie van "nou en? Ik verdoen in een maand meer dan jij in een heel jaar". En het enige tegenargument dat ik van de Nationale Politie heb gehoord is "dan gaat het overvalrisico op teeltlocaties omhoog". Nou, als dat alles is, valt daar best wel iets tegen te doen. Maar zoals nu, de situatie laten zoals het is en blijven dweilen met de wetenschap dat er niks verandert, dat is ook geen optie. Wie gelooft dat dat de oplossing is, heeft waarschijnlijk een kwekerijtje teveel opgerold en is beneveld geraakt door kwalijke dampen. Daar helpt maar één ding tegen: ontnuchteren. Misschien kunnen ze de politietop een maandje verschepen naar de omgeving van Eindhoven. Zodat men weet, hoe het echt werkt.