Totaal aantal pageviews

zaterdag 3 mei 2014

Zwanenzang....

Om maar gelijk met de deur in huis te vallen: dit wordt mijn laatste blog. Onder sommige van u gaat nu een voorzichtig gejuich op, maar bij de meesten zal misschien de verwarring overheersen. Ik zal het uitleggen. Ik heb recentelijk een aantal miskleunen gemaakt met sociale media. Ik heb als twittercop een aantal niet-zo-handige uitspraken gedaan en heb daarmee een aantal mensen schade toegebracht, maar nog meer heb ik mezelf schade toegebracht. En jezelf schade toebrengen is over het algemeen niet een hobby van mensen. Ook van mij niet. Mij werd te verstaan gegeven dat ik beter moest opletten wat ik in het vervolg op sociale media zou plaatsen, anders zou mijn account geblokkeerd worden. Het heeft even geduurd, maar ik snap nu waarom. Ik heb nooit iemand schade willen berokkenen. De emotie van het moment heeft me echter parten gespeeld. En van mij mag als professional beter verwacht worden. Nu speelde dit alles zich af op mijn twitteraccount als agent, dus u vraagt zich misschien af: waarom dan deze blog stoppen? Dit is toch een privézaak? Ja en nee. Allereerst schrijf ik over mijn werk en over de organisatie die daarachter zit. En ik heb gemerkt, dat de organisatie niet altijd even gelukkig was met wat ik schreef. Ook al had ik er geen kwade bedoelingen mee en heb ik niemand willen beschadigen, het is niet zozeer wat ik geschreven heb als wat mensen lezen en denken dat de diepere bedoeling erachter is. Dat er een soort verborgen boodschap in zit, net als voeger, toen mensen dachten dat als je langspeelplaten achteruit draaide, er een boodschap van de duivel in te horen was. Of zoiets. Ik heb nieuws voor u: ik heb geen diepere boodschap. Meestal heb ik helemaal diepere bedoeling en zeg ik gewoon wat ik denk. Maar als mensen gaan denken dat ik hun te kakken zet, terwijl dat niet zo is en daar kritische vragen over gaan stellen, dan kan dat gevolgen voor mij hebben . Kwalijke gevolgen. En dat wil ik niet. Ook al had ik mensen nog zo verzocht om mij erop aan te spreken als ze vonden, dat wat ik schreef niet door de beugel kon. Per slot van rekening ben ik ook maar een mens en probeer ik te leren van mijn fouten. Het voelt verkeerd. Het voelt fout. Het doet pijn. Want ergens is het een vorm van censuur. Ik vond het leuk om u deelgenoot te maken van wat mij bezig hield. Maar soms moet je dingen doen voor het hogere belang. En dat hogere belang ben ik dan zelf maar. Bedankt voor uw trouwe steun. Wees lief voor de politie en andere hulpverleners. Op een dag kun je ze nodig hebben.

zondag 27 april 2014

cheffies

Het zal vast geen verschijnsel zijn dat alleen maar bij de politie voorkomt. Op een gegeven moment wordt iemand het ' gewone' werk zat en wil ergens iets over te zeggen hebben. Soms omdat hij of zij er goed in is (geworden), soms omdat het leuk is om ergens wat over te mogen beslissen en soms omdat ze voor iets anders niet meer geschikt zijn. Ik heb het over cheffies. De baas. Ontsproten uit ons midden mag een diender met veel ervaring leiding gaan geven aan een club mensen. In de afgelopen decennia is er bij de politie, maar ook in andere takken van sport een wildgroei ontstaan aan leidinggevenden. Er waren ( en zijn) groepschefs, de sergeanten bij de politie. De laagste vorm van leidinggevenden en de meest essentiële. Zij geven leiding aan acht tot tien agenten, beoordelen ze, sturen ze aan, zorgen voor nakijkwerk van het schriftelijke werk en doen duizend-en-één andere dingen. Dan zijn er wijkchefs, die de groepschefs aansturen en het beleid van boven vertalen naar beneden. En daarboven stond weer een chef, en nog één en wéér één. Maar nu hebben we de Nationale Politie, die alles overhoop gooit. Sowieso zijn er een groot aantal functies geschrapt die niet meer terug zullen komen in de nieuwe organisatiestructuur. En dat heeft vooral voor leidinggevenden gevolgen. Er zijn nog maar een stuk of 900 vacatures voor leidinggevenden op alle niveaus. En alle chefs moeten opnieuw solliciteren binnen de nieuwe structuur. Er zijn alleen wel 5000 gegadigden. Dat kan niet anders of het wordt een slagveld. En om zaken nog ingewikkelder te maken, worden de beoordelingscommissies gevormd door mensen uit het veld. Die stellen aan de hand van de richtlijnen een competentieprofiel op en wil een oude chef de nieuwe chef worden, moet hij daaraan voldoen. En de leden van de beoordelingscommissie moeten het unaniem eens zijn, of anders geen nieuwe wijn in oude zakken. Het doet toch een beetje denken aan de Franse revolutie, waarbij koningen en koninginnen die zichzelf onaantastbaar dachten door het volk berecht werden en niet zelden dezelfde dag nog kennis maakten met de guillotine. Tsjakka! Er is dus een overschot aan chefs die allemaal wat anders moeten gaan doen. Soms binnen de politie en soms daarbuiten. Maar wat ga je doen met pakweg 30 jaar praktijkervaring binnen de politie en je niet door de survival of the fittest komt? Wat moet je dan nog? In je sollicitatiebrief zetten dat je meerdere grootschalige incidenten goed hebt afgehandeld? Dat je niet terugschrikt van een treinlijk of vervanging? Dat maakt je bepaald niet geschikt voor een baan als leidinggevende bij de lokale Albert Heijn of van de stomerij. Nee, het is geen situatie waarin ik graag zou zitten, en velen met mij. Want wat de politie ook bood in het verleden, het was vooral baanzekerheid en goede secundaire arbeidsvoorwaarden waardoor mensen lang bleven plakken bij de politie. En natuurlijk het gegeven dat als je een carrière koos je maar zelden ging jobhoppen, zoals nu de mode is. En leidinggevende posities zijn niet de enige die gaan verdwijnen. Ik sprak laatst met de hoogste in rang op ons bureau: de wijksecretaresse. Die functie houdt in het nieuwe bestel op te bestaan. En niets in een politiebureau kan gebeuren zonder dat de wijksecretaresse ervan weet en haar goedkeuring eraan gegeven heeft, stilzwijgend of niet. Nieuwe pennen nodig, of nieuwe schrijfblokken? Vraag het de WS. Is de koffie op? Moet er een opbeurend kaartje naar een zieke of nieuwe ouders? De WS is het sociale geweten van de wijkagenten, die het zelf te druk hebben om daaraan te denken. Is er een overleg op het gemeentehuis? De WS kijkt in de agenda en plant de afspraak. Ze int boetes aan de balie, verzet bergen schriftelijk werk, onderhoudt contacten met de gemeente en andere instanties. Het lijkt zelf wel een beetje op een überwijkagent. Maar in de nieuwe setting is die functie er niet meer en worden alle wijksecretaresses teruggezet naar de afdeling service & intake, waar ze echter geen aangiftes meer mogen opnemen, maar alleen de telefoon mogen beantwoorden n klanten aan de balie te woord mogen taan. Als er ergens een vorm van kapitaalvernietiging is, dn is dat het: het afschaffen van de wijksecretaresse. Dus als Gerard Bouman per ongeluk deze hersenspinsels onder ogen krijgt, is dat de oproep die ik aan hem wil doen: Gerard, spaar de Martine's , de Wiena's en Emma's van onze organisatie en laat ze zitten waar wij er het meeste aan hebben. Op een goed functionerend wijksecretariaat, waar wijkagenten niet zonder kunnen. We zijn u dankbaar, oh grote Leider.

zondag 13 april 2014

Druk

Mensen presteren beter als ze onder druk staan. Tenminste, dat beweren mensen zelf als ze daarnaar gevraagd worden. Ik ben het daar tot op zekere hoogte mee eens. Daarnaast is niks doen ook niet echt een intellectuele uitdaging. En toch, als je deze gedachte in het achterhoofd houdt, zit ik liever rustig in mijn eentje een zaak te bekijken en een aanpak te verzinnen, dan in de hectiek van een aanhouding op heterdaad bij een groter incident te bedenken wat er allemaal nog moet gebeuren. Ziet u, dan is de wijkteamkamer net een heksenketel. De radio staat op nucleaire sterkte of de TV staat aan, iedereen roept door elkaar heen en er is een tijdsdruk, want er is zes uur de tijd voordat de beslissing genomen moet worden of de verdachte moet blijven of niet. En in die tijd moet vreselijk veel gedaan worden, lees: vreselijk veel papierwerk gedaan worden. Processen-verbaal van aanhouding, van bevindingen, verhoren, is de advocaat al gewaarschuwd en waarom is de boevenbus nou al weer te laat? Een collega van mij verzuchtte laatst, dat hij niet begreep waar ik de tijd vandaan haalde om überhaupt naar buiten te gaan en de wijk in te gaan. Ik snapte dat niet; je bent toch geen politieman geworden om een bureau te verdedigen? Maar het is een realiteit. De hoeveelheid papierwerk en telefoontjes met instanties grijpen je soms naar de keel. Koppel dat aan een werkinstelling die veel agenten met elkaar delen, te weten dat ze hun to-do list zo snel mogelijk willen inkorten of willen doen verkleinen en ze komen inderdaad niet meer buiten. Ik ruim daar bewust tijd voorin. Ik pak de fiets of ga lopen en verzet even mijn gedachten, ook al is het maar een uurtje. Ook al is de kans groot dat je tijdens dat uurtje weer allemaal nieuwe zaken opdoet. Ik vind dat de burger recht heeft op politie in de wijk. En daarmee kom ik tot de kern van dit verhaal, wat begon -zoals zoveel van deze blogs - door een artikel in de krant over het uit de hand lopen van de wietteelt in het zuiden des lands. Als wiet in vloeibare vorm bestond, zou het niet bij de politie over de schoenen lopen, maar zouden we erin verzuipen. Meer dan 70 % van alle rechercheonderzoeken die daar gedraaid worden, is hennep-gerelateerd. Andere zaken, zoals woninginbraken of geweldsmisdrijven blijven liggen. Een onderzoek naar een hennepplantage is al veeleisend en helemaal als je - zoals we de afgelopen jaren duidelijk niet deden - achter de kopstukken achter de kwekerijen aan wilt gaan. De burgemeesters schreeuwen moord en brand. Ze kunnen de veiligheid van hun burgers niet meer garanderen. Of dat nou komt doordat de politie druk is met het bestrijden van wietteelt en daardoor niet inzetbaar is voor andere zaken of omdat het risico op woningbranden, door de vaak abominabel slecht aangelegde stroominstalaties bij hennepkwekerijen, heel hoog is. En dis komt de politie nauwelijks meer op straat voor toezicht. En wat zegt de Nationale Politie in een reactie op de klachten van de burgemeesters? "DE BURGEMEESTERS BEPALEN ZELF IN DE LOKALE DRIEHOEK WAARAAN POLITIECAPACITEIT WORDT BESTEEDT". Met andere woorden, als jullie zo druk zijn met bestrijden van hennepoverlast, is dat jullie eigen keus en kunnen wij daar niks aan doen. Ja, dag! Zo lust ik er nog wel eentje, zeg. De lokale driehoek is het driehoeksoverleg tussen de burgemeester, de Officier van Justitie en de Korpschef. Hierin wordt ten deel bepaald waar POLITIECAPACITEIT aan wordt besteedt, maar politiewerk is voor een groot deel symptoombestrijding en pas daarna komen geplande en gecoördineerde inzetten. Als een wijkagent dus weet krijgt van een hennepplantage in zijn wijk zal hij die, om de hierboven genoemde redenen zo snel mogelijk opgerold willen hebben. Ook al om aan te tonen aan de buurt dat hennep kweken niet loont. Ja, het betaalt misschien wel leuk, maar je begeeft je in de klauwen van de georganiseerde misdaad en daar kom je echt niet meer los van. En als jij gepakt wordt met 500 plantjes op je zolderkamertje, komen de bazen heus niet op bezoek in de bajes om hun sympathie te betuigen. En de boetes komen ook voor jouw rekening en, oh ja, het feit dat de woningbouwvereniging je huurcontract eenzijdig opzegt en je met je hele boeltje op straat staat, kan de bazen slechts in zoverre iets schelen dat ze één locatie minder hebben om hennep te kweken. Het stukje over de politie-inzet vermeldde verder dat "vorige maand duidelijk werd dat de politie tegen de regulering ( lees: het legaliseren) van wietteelt is " . Nou, de top is dat misschien wel, mede ingegeven door het standpunt van minister Opstelten, maar iedere weldenkende diender ( en vooral de wijkagenten) ziet alleen maar de voordelen van legalisering. Het scheelt een puist werk, om maar eens te beginnen. Het risico op branden gaat navenant omlaag. Straattelertjes zullen geen werk meer hebben en dus geen onverklaarbaar hoge inkomsten met daaraan gekoppeld een houding naar de politie van "nou en? Ik verdoen in een maand meer dan jij in een heel jaar". En het enige tegenargument dat ik van de Nationale Politie heb gehoord is "dan gaat het overvalrisico op teeltlocaties omhoog". Nou, als dat alles is, valt daar best wel iets tegen te doen. Maar zoals nu, de situatie laten zoals het is en blijven dweilen met de wetenschap dat er niks verandert, dat is ook geen optie. Wie gelooft dat dat de oplossing is, heeft waarschijnlijk een kwekerijtje teveel opgerold en is beneveld geraakt door kwalijke dampen. Daar helpt maar één ding tegen: ontnuchteren. Misschien kunnen ze de politietop een maandje verschepen naar de omgeving van Eindhoven. Zodat men weet, hoe het echt werkt.

maandag 31 maart 2014

verraders of....?

Ik schreef gisteren al in mijn blog iets over dat mensen zichzelf niet graag als verrader zien, ook al is het misdrijf of misdraging waarover ze informatie hebben nog zo erg. Je klikt nou eenmaal niet bij de juf of meester. Dat leer je al op de lagere school en dat neem je, net zoals zoveel andere dingen mee in je latere leven. En toch moeten we met zijn allen van die houding af. Als je weet dat het een gegeven is, dat de politie bij alle aanhoudingen op heterdaad in meer dan 80 % afhankelijk was van oplettende burgers, dan besef je hoe belangrijk dat is. En is dat dan verraden, als je ziet dat iemand niet met zijn handen van andermans spullen af kan blijven? Als je ziet dat iemand in elkaar geslagen wordt? Als je weet hebt van een hennepplantage bij jou in de buurt? Je kunt toch maar zo lang voor jezelf een rechtvaardiging blijven zoeken om het niet door te geven. Je moet jezelf toch in de spiegel aan kunnen blijven kijken. Al deze gedachten schoten kriskras door mijn hoofd vanmorgen toen ik de krant las over de overval op een juwelier in Deurne. Ik besefte me ten eerste dat niet de rechter, maar de Officier van Justitie eigenlijk de machtigste persoon is als het aankomt op rechtsvervolging. Hij (of zij) mag namelijk zelf beslissen of een vervolging wort ingesteld. Natuurlijk met enige ruggespraak met de Hoofdofficier van Justitie, maar verder is de OVJ redelijk zelfstandig. Als er geen zaak in zit of, wat helaas maar al te vaak voorkomt, de zaak moeilijk bewijsbaar wordt geacht, komt de zaak niet op zitting. Een OVJ mag zelfs straffen opleggen, zonder dat de rechter daar aan te pas is gekomen. Allemaal bedacht om de rechters te ontzien in hun werkdruk, mag een OVJ op voorspraak van de politie beslissen dat een geldboete, taakstraf of zelfs hechtenis opgelegd wordt. En dat alles werd natuurlijk weer getriggerd door het feit dat de jeugd in Deurne gedemonstreerd had tegen het lakse optreden van Justitie in deze zaak. Want zaterdagavond wist de Hoofdofficier van Justitie al te vertellen dat het hier waarschijnlijk om een zaak van noodweer of noodweerexces ging en dat vervolging waarschijnlijk niet ingesteld zou worden. De juwelier en zijn vrouw waren weliswaar gehoord als verdachte, maar werden niet aangehouden en kregen alle ruimte om hun verhaal te vertellen. Precies wat de meerderheid van het land wil. Je mag toch je eigendommen verdedigen tegen een laffe overval? Maar de jeugd was het daar niet mee eens en stelde dat het optreden van Justitie ' laf ' was. Ik vraag me af uit welk sentiment die bewering kwam. Maakt de jeugd - volgens de berichtgeving grotendeels van allochtone afkomst- zich druk om de teloorgang van ons rechtsstelsel of kwam het omdat tenminste een van de daders, en mogelijk allebei, van Marokkaanse afkomst was en dat men ' gerechtigheid' wilde, wat dat dan ook mag betekenen? Misschien moet de Marokkaanse gemeenschap de hand in eigen boezem steken en verklaren dat men geschokt is dat hun kinderen degelijke strafbare feiten hebben gepleegd en dat ze er absoluut niet achter staan. Want ook voor de misdragingen van je eigen minderen kun je maar zo lang je ogen sluiten. Als ze regelmatig tot diep in de nacht wegblijven, met dure jassen en horloges lopen te pronken terwijl ze geen werk hebben en er regelmatig post van Justitie op de mat valt, moet op een gegeven moment voor ouders ook de maat vol zijn. Schaamte cultuur of niet. Waar ligt de scheidslijn tussen een verrader en een goede burger? Dat was iets dat we altijd voor onszelf dienden uit te maken, zo is ons altijd voorgehouden. Misschien is dat zo. Maar we zijn veel minder snel een verrader dan we zelf soms denken.

zondag 30 maart 2014

Inbrekers en ander gespuis.

Vorige nacht moest ik onverwacht de leiding over de incidentenafhandeling overnemen van een collega, die door een familiezaak niet kon werken. De onderlinge samenhang bij de politie is zo groot, dat iedereen die moeite voor elkaar doet. Dat uit zich onder andere in het feit, dat wij om 23.00 uur de nachtdienst over moeten nemen, maar vaak al een half uur of nog eerder aanwezig zijn. Het thuisfront begrijpt dat niet altijd, maar het is iets wat we voor elkaar over hebben. Zodat je maatje eerder naar huis kan. En zolang iedereen dat doet, is dat prima. Tijdens de dienst werd ik naar een aanrijding gestuurd. Simpel geval van geen voorrang geven op een donkere polderweg. De bijrijder van een van de auto's kwam me echter bekend voor. En toen zijn maten onverwachts langsreden en stopten en zich begonnen te bemoeien met de gang van zaken wist ik het zeker. Dit waren vier hele bekende beroepsinbrekers uit mijn district. Ik had ze nog nooit ontmoet, maar ze staan bijna iedere week op de briefing. Jongens van een jaar of 20, geen werk, wonen nog bij ouders thuis en onderhouden zich met inbreken. Toen ik liet weten hoe ze heetten, waren ze daarvan niet onder de indruk. Dit terwijl ze afkomstig zijn uit een stad die weliswaar tot mijn district behoort, maar waar ik zo weinig mogelijk tracht te komen. En toch kende ik ze. De politie echter, heeft in de afgelopen jaren een soort van verstandhouding met dit soort lui opgebouwd. Iedere keer dat we ze zien rijden, worden ze aan de kant gehaald, gecontroleerd, beboet en gerapporteerd. De jongens accepteren dat, omdat ze weten dat de pakkans op heterdaad bij een inbraak erg gering is. Dus lachen ze wat, nemen de boetes in ontvangst en weten dat ze meer moeten stelen om ze te kunnen betalen. Maar noemt de politie ze bij de naam? Nee, we controleren ze op grond van de wegenverkeerswet. Het woord ' inbreker' valt niet tijdens dat soort gesprekken. En dat vind ik dus fout. Ik vind, dat je ze recht in het gezicht mag uitmaken voor wat ze zijn, zonder daarbij te schelden of te beledigen. Inbrekers. Boeven. Gespuis. Zeker toen een van hen uit zijn hoofd een aantal van mijn wijken wist op te noemen, terwijl ik onder de impressie verkeerde dat hij nooit zover Noordelijk opereerde. Die mening moet ik dus mooi even bijstellen. Ondertussen heb ik al voor het derde weekend op rij te maken met een stelletje dronken sukkels, die de nacht afsluiten door ruiten van bushokjes in te kegelen. Dat geeft een hoop schade, een hoop overlast en het ziet er niet uit. Ik kan niet begrijpen dat er mensen zijn die dat leuk vinden en ik kan ook niet snappen dat er geen mensen zijn die weten, wie zich hiermee bezig houden. Maar ja, we willen met zijn allen geen verrader zijn. Nou, ik heb nieuws voor degene die dat denken. Want dat zijn vaak ook degenen, die het hardst schreeuwen als de politie, in hun ogen, hun zuurbetaalde belastinggeld verspilt. Waar denk je dat bushokje van betaald worden? Precies.... Ook in het nieuws van de week: misdragingen van politiemensen in hotels tijdens de inzet bij de NSS2014, afgelopen week. Agenten zouden dronken geworden zijn, luide muziek gedraaid hebben en, volgens het krantenartikel, 'luide winden' op de gang hebben gelaten, waardoor hotelgasten niet konden slapen. Ik was er niet bij, maar ik geloof het direct. Zet een aantal agenten bij elkaar zonder toezicht en met voldoende consumptiebonnen en zaken lopen uit de hand. Kennelijk is er onder de collega's niet voldoende verantwoordelijkheidsbesef om zich te gedragen, zeker als het overduidelijk is dat je bij de politie werkt. Begrijp me goed hoor, als iemand in een hotel een feestje wil vieren en lekker dronken wil worden, moet hij dat helemaal zelf weten. Maar als overduidelijk is dat je voor je werk in een hotel verblijft, en zeker voor zulk werk als politiewerk en heel het land weet dat je over een paar uur verantwoordelijk bent voor het beveiligen van een wereldtop, dan moet je toch ergens enig besef hebben van het feit dat mensen naar je kijken. En dat je je dus een beetje moet beheersen.

woensdag 26 maart 2014

Dagboek van een NSS-er

De afgelopen vier dagen heeft de Nederlandse Politie een veiligheidsoperatie uitgevoerd die zijn weerga niet kent. Het kan niemand in de wereld ontgaan zijn, dat Nederland het toneel was van de Nucleair Security Summit, waarbij zo'n beetje alle wereldleiders in Nederland aanwezig waren in de hoop de wereld een beetje veiliger te maken. Ik mocht een heel klein deeltje van die veiligheidsoperatie zijn en dat vond ik , behalve leuk om te doen, ook een eer. Want met zijn allen hebben we het toch maar mooi gedaan: 13.000 politie mensen, 4000 militairen, 3000 verkeersregelaars en al die andere duizenden medewerkers in de catering, opbouwers en ga zo maar door. Ik wil u graag vertellen over mijn ervaringen tijdens de top, zowel de positieve als de negatieve. Ook vertel ik wat dingen die mij ter oren zijn gekomen als het gaat over de ervaringen van collega's. Ik heb twee vroege diensten gedraaid, één in Scheveningen en één in Den Haag. En vroege diensten betekenden in dit geval echt vroeg. Ik was er om 04.00 uur uit en zat om half zes op locatie, daarbij geholpen door het feit dat ik vlak bij Den Haag woon en door een last-minute dienstwisseling mocht ik ook rechtstreeks naar Den Haag komen. Andere collega's van mij waren niet zo gelukkig en konden, soms al een dag van te voren opkomen en werden per bus naar Den Haag vervoerd en ingekwartierd in hotels. Ik was er dus al vroeg, maar aangezien niemand precies wist wat er moest gebeuren en hoe laat de briefing zou beginnen heb ik daar anderhalf uur gezeten en me nuttig gemaakt met wat opruimwerkzaamheden (zet een ploeg politiemensen een nachtje in een ruimte om te eten en te vertoeven en het is een zwijnenstal van heb ik jou daar) en koffie zetten. Toen er zich rond een uur of zeven genoeg mensen hadden verzameld om de dienst over te kunnen nemen, kwam men er achter dat als we een briefing zouden doen, de aflossing van de nachtdienst wel erg lang op zich zou laten wachten, dus ik kreeg een paar papieren in mijn hand gedrukt en ging met een groepje mensen naar mijn locatie. Gelukkig had ik een aspirant bij me die jaren lang in Scheveningen had gewoond, dus die kon me wegwijs maken. Na een paar instructies van mijn vermoeide voorganger, was de overdracht van de dienst een feit en had ik de leiding van een klein detachement. De hele dienst hebben we daar beveiligingswerkzaamheden uitgevoerd, patrouilles gelopen en voor de deur in de zon gestaan. Ik heb me verwonderd over de enorme politiemacht die ik voor mijn locatie voorbij heb zien trekken. Helikopters die de hele dag door in de lucht waren. Grote groepen bomverkenners, zelf tot Duitsland en Hongarije aan toe. Onopvallende voertuigen, collega's in burger ( maar herkenbaar voor het geoefende oog). Het meest opwindende wat gebeurd is tijdens die dienst is de aankomst van een staatshoofd van niet nader te noemen afkomst. Voor die tijd moest de parkeerstrook voor het hotel, waar alleen gestopt mag worden om mensen af te zetten, leeggemaakt worden. Omdat er in het hotel ook een aantal politiemensen sliepen, stonden er ook de nodige politievoertuigen in die strook geparkeerd, soms half op de stoep. Ik heb mijn best gedaan om de eigenaren te achterhalen, maar toen dat niet lukte heeft de Haagse Politiesleepdienst twee politievoertuigen afgetakeld. Ik had de gezichten van de collega's wel willen zien toen ze erachter kwamen dat hun auto's weg waren, maar ik hoop dat het ook een goeie waarschuwing is geweest. Zo laat je je auto niet achter, zeker niet als politieman. De lunch was prima geregeld en de aflossing was stipt op tijd, dus ik had die eerste dag geen klagen, zij het dan dat ik aardig vermoeid was van een hele dag lopen en staan. De tweede dag verliep helaas wat minder positief. Ik had een andere taak en was dus op een ander opkomstpunt present rond een uur of zes. Vandaar reden we met een bus naar een ander opkomstpunt gebracht om daar een briefing te krijgen. Helaas kwamen we er achter, toen we daar waren, dat dit het verkeerde opkomstpunt was en dat we heel ergens anders onze briefing zouden moeten krijgen. De bus was al weg en dus zat er niks anders op om te gaan lopen. Nu kijk ik niet op tegen een stukje lopen, maar de commentaren van de collega's die dat niet gewend waren, waren niet van de lucht. Gelukkig wisten we toch nog een bus te vorderen en werden we - een half uur te laat -afgezet op de juiste briefingslocatie. Aldaar bleek al snel bij het afroepen van de presentielijsten, dat de helft die er had moeten zijn, er niet was en dat er een groot aantal mensen wel waren, die niet op de lijst stonden. Voordat dat was opgelost, liep het al tegen achten en was er geen tijd meer voor een briefing. We werden naar de locatie gebracht en op een post neergezet zonder enig idee wat we daar moesten doen of waar we specifiek op moesten letten. Dat was lastig, want we stonden recht voor het perscentrum waar alle belangrijke buitenlandse verslaggevers aankwamen. Terwijl de dag zich bewoog naar de aflossingstijd, waren er ook heel veel leuke momenten, hoor. Het contact met de burgers op straat was zonder uitzondering positief. Iedereen stond met een fotocamera klaar om een glimp op te vangen van de delegaties die achter het hek voorbij kwamen. Iedereen stond natuurlijk te wachten op de Amerikaanse President, mr. Barack Obama en zijn gevolg. Ik heb de stoet drie keer langs zijn komen, maar omdat hijzelf in een tent uitstapte, heeft niemand hem in levende lijve gezien, althans niet vanaf onze post. Ook het contact met de pers verliep soepeltjes, al hadden mijn collega's wel een aanvaring met Powned news, maar dat is hun handelsmerk dus daar maken we ons niet druk om. Rondom de aflossingstijd echter, werd duidelijk dat de organisatie 'vergeten' was om bussen te regelen die personeel van de opkomstlocatie de stad in moest rijden en voordat dat geregeld was, waren we al anderhalf uur verder. Al met al was ik pas tegen een uur of zes thuis en kwam het instortmoment ongeveer vijf minuten na het avondeten. Al met al was het een fantastische ervaring en ik ben trots dat ik er een deel van uit heb mogen maken. Een top als dit organiseren is een enorme klus en er gaan duizend dingen fout, maar er gaan ook heel veel dingen goed. Nu, na een nachtje goed doorslapen en een normale tijdstip van wakker worden, lijken de 'ontberingen' van gisteren alweer ver in het verleden. Alleen de spierpijn in mijn kuiten van het onafgebroken staan herinnert me nog aan de dag van gisteren. Ik vind dat we het prima gedaan hebben met zijn allen. Er zijn nauwelijks incidenten geweest. Er waren geen files. Ik heb gen wanklanken gehoord. Goed, de aflossing en de briefing had beter gedeeld kunnen worden. Bij andere grote evenementen kregen we als politie vaak een klein info-boekje met belangrijke punten en dat had nu heel handig geweest, maar helaas. En het feit, dat er voor een aantal collega's, die uit de nachtdienst kwamen, geen hotelovernachting geregeld was, was beneden alle peil. Maar al met al? Ik zou het morgen zo weer willen doen.

woensdag 12 maart 2014

Nostalgie

Het mooie van een verhuizing is dat je allerlei zaken tegenkomt, waarvan je niet eens meer wist dat je ze had. In dit geval kwam ik een blikken trommel tegen, waar ik als kleine jongen van negen jaar oud mijn belangrijke dingen in bewaarde. Verjaardagskaarten. Stickers. U kent dat wel. En als je dat na 20 jaar weer eens openmaakt, heb je van tevoren allerlei verwachtingen over wat je daarin zult aantreffen. Ik verwachtte eigenlijk dat het ding vol zou zitten met oude politiefolders. Dat zit namelijk zo. Ik was als kind al helemaal lijp van de politie. Op een morgen, tijdens mijn lagere schooltijd, had mijn neef, die bij me in de klas gezien, dat er vanuit het lokale politiebureau, dat tegenover zijn huis stond, een man via het raam van de eerste verdieping uit het gebouw klom. Toen hij naar school liep heeft hij dat gemeld. Het bleek, dat een aangehouden verdachte - wij noemden dat toen nog gewoon een BOEF met hoofdletters- was ontsnapt. En alle beschikbare agenten ( we praten over de tijd van de landgroepen van de Rijkspolitie, dus er waren zeker zo'n 20 man in dienst; kom daar nu eens om!) gingen op zoek. En wij gingen mee. Want als kleine jochies wisten we schuilplaatsen, die de politie zeker weten niet kende. We hebben een groot gedeelte van de ochtend gezocht en hebben school maar even gelaten voor wat het was. Uiteraard hebben we de slechterik niet gevonden, maar we hadden wel de ochtend van ons leven. Toen we tegen een uur of tien op school aankwamen, kregen we een lesje van de juffrouw. Ik pareerde dat met al mijn negen jaar aan levenservaring dat misdaadbestrijding 'een zaak was van de politie en van het publiek was'. Zo, daar konden ze het mee doen. Nou woonde er even verderop een opperwachtmeester - later adjudant - van de Rijkspolitie, die ik via mijn vader kende. Hij werkte toentertijd op het net nieuwe hoofdkwartier van de Algemene verkeersdienst in Driebergen, later het KLPD genoemd en tegenwoordig bekend onder de naam Landelijke Eenheid. Hij reed zomers op de motor en 's winters in de Porsche. Hij kwam er op de een of andere manier achter wat we gedaan hadden en bezorgde mijn neef en mij een tuniek va de rijkspolitie, wat we nu alleen maar met ceremoniële dagen dragen, maar wat toen nog echt dagelijks uniform was. Ik ben op zijn uitnodiging zelfs op een open dag in Driebergen geweest. Demonstraties gezien van hoe men een auto openknipte na een ongeluk en over de inzet van pantservoertuigen. Die opperwachtmeester trouwens, heette Bart. Als ik zijn naam noem bij oudgedienden van de AVD, dan kennen ze hem nog wel. Bart kwam op een bijzonder nare manier om het leven, bij een motorongeluk op weg naar zijn werk. Op een dag heb ik de stoute schoenen aangetrokken. Daarnaast heb ik ook dat tuniek aangetrokken en ben op de fiets gestapt- het moet op een woensdagmiddag geweest zijn, want ik was vrij - en ben naar dat lokale politiebureau gereden. Dat was gevestigd in een omgebouwd woonhuis, naast het gemeentehuis. Ik liep naar binnen en verkondigde dat ik een middag wilde 'meewerken'. Ik kreeg ongenadig op mijn sodemieter en werd naar huis gestuurd met een stapel folders en stickers. Die heb ik altijd in die blikken trommel bewaard en zo kwam ik op dit verhaal. Nostalgie is niet meer wat het geweest is. Of de herinneringen zijn enigszins vervaagd. In de trommel trof ik niks dat met de politie te maken had. Een aantal oude werkstukken uit mijn middelbare schooltijd. Een paar oude rapporten en foto's, Eén rouwkaart van mijn oma. Een originele Vliegende Hollander, een illegale krant die in de tweede wereldoorlog uit vliegtuigen werd gegooid. Tijdens een recente cursus werd gevraagd, hoe we bij de politie waren terechtgekomen. Dit waren allemaal ervaren politiemensen, soms wel met twintig jaar ervaring. Maar het meest gehoorde antwoord was "via een bonnetje uit de Veronica-gids". Ze staan er volgens mij nog steeds in. Ik heb het bovenstaande verhaal verteld. Dat zorgde voor de nodige hilariteit en bevestigde, althans volgens mijn cursusgenoten, dat ik toen ook al niet goed snik was. Maar toch. De trommel gaat weer dicht. Ik berg hem ergens op in een kast of op zolder, waar ik er voorlopig niet meer naar zou kijken. Nou ja, er is nog een ding. Op de buitenkant zag ik een sticker van de Alarmcentrale Driebergen. Met een nostalgisch telefoonnummer 03438-4321. Om met de 3J's te spreken: Dat waren nog eens tijden.

zaterdag 8 maart 2014

Gestalkt

Het aantal programma's die op de één of andere manier over de Politie gaan, groeit. Zo was er de prima serie Luchtvaartpolitie op RTL4 waarvan ik me heb laten vertellen dat er een tweede seizoen in de maak is. Je hebt 112-weekend, een oude bekende die weer van stal is gehaald en waarin ik zelf al twee keer heb mogen figureren. Ook heeft iedere regionale zender zo zijn opsporingsprogramma's en da's allemaal prima. Maar met zonneschijn komt schaduw, en de schaduwzijde van deze programma's zijn degene die inspelen op de onderbuikgevoelens van de maatschappij. Of erger nog, de programma's die inspelen op de onwetendheid van mensen als het gaat om wetshandhaving. SBS6 heeft daar een aantal goede voorbeelden van. Zelfs John van den Heuvel, zelf ex-politieman en misdaadverslaggever heeft zich voor één van deze programma's laten strikken. Moet hij natuurlijk zelf weten en het zal geen nadelige gevolgen hebben voor zijn bankrekening, maar toch. Het meest schrijnende programma is 'Onopgeloste zaken' van Alberto Stegeman. Hierin kondigde hij - uiteraard met veel bombarie - aan dat hij zaken die de politie heeft laten liggen of niet opgelost heeft, zal aanpakken. Om vervolgens zaken te presenteren die allemaal civielrechtelijk van aard zijn en waarin de politie dus helemaal geen opsporingsbevoegdheid heeft. Voor wie het niet weet, er bestaan grofweg twee soorten recht: Publiekrecht en Privaatrecht. Er zijn er nog wel meer, maar die laten we voor het gemak even buiten beschouwing. Het private recht regelt rechtsregels tussen burgers onderling. De overheid heeft hier alleen zeggenschap in als het fout gaat. Je kunt dan denken aan koop en verkoop, huwelijk en echtscheiding en eigendomsrecht. Het publiekrecht regelt verhoudingen tussen de burgers en de staat en haar organen. Strafrecht is een voorbeeld van publiekrecht. Stegeman claimt in zijn programma dat de politie nalatig is geweest in bijvoorbeeld een oplichtingszaak. Laten we een koop/verkoop situatie nemen. Iemand koopt iets, de winkel levert en de klant betaalt niet. Dat is in eerste aanleg een civiel geschil, waar de politie niets aan kan doen. Dat klinkt misschien oneerlijk, maar dat is de wet. Stegeman echter, presenteert deze en al die andere zaken als een nalatige overheid die niets voor haar burgers doet. En dat vind ik onrechtvaardig. Ik heb hem op Twitter uitgenodigd voor een discussie hierover, maar daar wilde hij niet aan meedoen. Begrijp me niet verkeerd: als de politie of welk overheidsorgaan iets fout doet, moet zij daarop aanspreekbaar zijn. Van fouten kun je leren. Maar schotel het publiek geen zaken voor omdat ze toch niet beter weten. Dan schudt iedereen zijn hoofd en mompelt "stelletje luie zakken bij de politie" terwijl wij er niets aan kunnen doen. Een ander voorbeeld is het programma Gestalkt. Dat handelt, hoe kan het ook anders, over stalking. Het wetboek van strafrecht noemt het 'belaging' en spreekt van een stelselmatige inbreuk in andermans leven. Met andere woorden, stalking is niet iets wat één, twee of vier weken duurt, maar soms maanden en jaren kan aanhouden. En de rechtsgeleerden zijn het er niet over eens hoe lang 'stelselmatig' dan precies is. Dat wordt van geval tot geval bekeken. Dat betekent dus ook, dat een aangifte van stalking, een aangrijpend delict voor de benadeelde en vaak ook voor de familie, een langdurig proces is en dat de dader lange tijd ongestraft zijn gang kan gaan. Niet omdat de politie dat wil, maar omdat als er te snel ingegrepen wordt, de kans op een veroordeling zeer klein is. Ik ken zaken van mensen die bestookt werden met honderden Sms'jes per dag en waarbij stalking toch niet bewezen werd v erklaard. Het is goed dat het bestaan van stalking voor het voetlicht wordt gebracht hoor. Maar besef dat het niet opgelost is ineen half uurtje emo-TV. Een goede vorm van stalking overigens, wordt wel door de politie uitgevoerd. Wij stalken namelijk bekende woninginbrekers en overvallers. We controleren ze, noteren bijzonderheden over henzelf en degenen met wie ze omgaan en leggen alles vast, om de kans dat ze opnieuw in de fout gaan, zo klein mogelijk te houden. En dat werkt. Zie je wel, toch nog iets dat werkt.

woensdag 5 maart 2014

Slachtoffers

Door persoonlijke omstandigheden - ik ben recentelijk verhuisd, en iedereen die die tak van sport beoefend heeft, weet dat daar veel tijd en ergernissen in gaan zitten - zit er wat meer tijd tussen deze blog en de laatste. Wees gerust, ik ben u niet vergeten! Een wijkagent wordt geacht veel op straat te zijn. Het staat zelfs in de nieuwe politiewet, die ten grondslag ligt aan de vorming van de Nationale Politie, dat een wijkagent een sleutelrol vervult. Een wijkagent wordt geacht te weten wat er speelt onder de inwoners van zijn wijk. Waar is behoefte aan, waar hebben de mensen last van. Dat kan dus alleen maar, als de organisatie hem zoveel mogelijk uit de wind houdt als het aankomt op administratieve rompslomp, noodhulpdiensten en andere verplichtingen. Helaas wordt dat nogal eens over het hoofd gezien. De reden dat ik hierop kom is dat ik gisteren, vandaag en waarschijnlijk ook morgen bezig ben met het verhoren van een verdachte in een zaak, die mijns inziens absoluut niet bij een wijkagent thuishoort. Al was het alleen maar omdat ik daardoor drie dagen niet in mijn wijk kan zijn. In plaats daarvan heb ik de afgelopen twee maanden, via mijn chef die me overigens wel alle medewerking verleende, een stammenstrijd uitgevochten met andere afdelingen om hen van mijn zienswijze te overtuigen. Helaas zonder succes. Ziet u, soms krijg je als politieman en zaak ter behandeling ( hij wordt 'op je naam gezet' zeggen we dan) waarvan je weet: dit is een ernstig misdrijf. Hiervoor ontbreekt mij de expertise. En er zit vrijwel zeker een voorgeleiding in. Dat betekent, dat de verdachte na zijn aanhouding en de eerste zes uur voor verhoor, vrijwel zeker in verzekering wordt gesteld voor de duur van drie dagen en ook dat hij na die drie dagen ( en vijftien uur) voor de rechter-commissaris geleid moet zijn. En daar komt een berg papier werk aan te pas, dat geloof je pas als je het gezien hebt. Nou is het ontbreken van expertise niet per sé onhandig, want als je weet waar je kennis kunt halen, kunnen ze je snel op vlieghoogte brengen. Maar het simpele feit dat dit soort zaken eigenlijk bij een afdeling Recherche thuishoort, dat steekt. Niet omdat ik denk dat ze daar niks te doen hebben, maar bij mij hoort het zeker niet thuis. Die stammenstrijd waar ik zoeven aan refereerde heb ik maar opgegeven omdat ik vond, dat ik het naar de slachtoffers, overigens ook inwoners van mijn wijk, niet kon verkopen om hen nog meer slachtoffers te laten worden van het feit dat de politie een turfwar uitvecht. En als je dan achteraf gaat uitkristalliseren waar het fout is gegaan, valt dat allemaal onder het kopje miscommunicatie. Mensen hebben elkaar verkeerd begrepen, hadden andere verwachtingen van elkaar. Hoe de routing loopt van een aangifte naar een behandelend verbalisant, gaat over een weg met zoveel hobbels en kuilen, daar zal ik u niet mee vermoeien. Maar we hadden allemaal andere verwachtingen van de rol van anderen. En uiteindelijk kent deze zaak, zoals de meesten, alleen maar verliezers. Alleen maar slachtoffers. De mensen die aangifte hebben gedaan en slachtoffer werden van een misdrijf. De verdachte van het feit, want die- daar ben ik zeker van - had ook liever gezien dat de zaken anders waren gelopen. En de wijk, die een aantal dagen zijn wijkagent moet missen en dus geen vast aanspreekpunt heeft. Vanaf maandag ben ik weer.

zaterdag 8 februari 2014

Hoop en verwachting

Het was toch wel een beetje een teleurstelling, dat mailtje van de afgelopen week. Iedere keer als ik voor de strijkplank mijn overhemden stond te strijken ( jawel, dames, ik strijk mijn overhemden zelf) dacht ik : nog maar een paar maanden en dan kunnen de overhemden weg. Welkom, polo's! Maar dat werd dus even verstoord van de week, door het mailtje waarin het uitleverschema stond. Limburg is het eerste aan de beurt in Juni en mijn regio volgt pas in november. Dat betekent dus nog even langer strijken.

Toch was er ook goed nieuws. Het magazine Blauw  kondigde de start van het MEOS-programma aan, Meer Eenheden Op Straat. Het was al bekend dat er aan het einde van dit jaar een nieuwe smartphone wordt uitgerold waarmee veel meer kan. Het wordt alleen geen BlackBerry ( gezien de deplorabele staat waarin moedermaatschappij RIM verkeert) maar een op Android draaiende smartphone. Je moet er kentekens mee kunnen scannen, boetes mee kunnen schrijven en identiteitsgegevens mee kunnen controleren. Daarnaast komt er een tablet beschikbaar voor de auto's waarmee ter plaatse een aangifte van inbraak of een getuigenverklaring kan worden opgenomen. Nou treffen wij het dat het aantal inbraken bij ons relatief laag is, maar als je in de stad zit waar inbraken aan de orde van de dag zijn, wil je niet dat je eenheden na iedere inbraak naar binnen moeten om de zaak administratief af te handelen. Dat kost per inbraak gemiddeld een uurtje. Als dat ter plekke kan, zou dat winst zijn. Ik hoorde toevallig van iemand die dichter bij het vuur zit dan ik, dat Opstellen zijn zegen aan dit project heeft gegeven. En dat doet vaak wonderen. Ik hoop alleen dat de smartphone die kentekens kan scannen op een redelijke afstand zodat dit ook rijdend kan. Stel je voor, iedere agent zijn eigen ANPR-camera. Ontsnappen is onmogelijk, boeven!

Iets anders waar ik blij mee was, was de uitbreiding van het aantal profchecks op de site van de politieacademie. Profchecks zijn vraag-en antwoord spelletjes waarbij je je kennis van strafrecht en strafvordering op peil kunt brengen. Ook wordt er gekeken naar bijzondere wetten en bevoegdheden daaruit. Een agent namelijk, krijgt daar na de basisopleiding eigenlijk nooit meer bijscholing in, tenzij hij hoog genoeg weet door te stoten om Hulpofficier van Justitie te worden. En dat voor een organisatie die de e-learning module heeft omarmd. Ga mar na: de afgelopen tijd heb ik e-learningmodules gevolgd voor PROGRIS ( het identiteitssystem) AVR ( audio-visuele registratie) en de WPG ( Wet Politie Registers) dus het zou ook mogelijk moeten zijn om dienders verplicht een lesprogramma van de basiswetskennis aan te bieden. Toch worden andere opleidingen weer gewoon klassikaal gegeven. Toegegeven het is en beetje moeilijk om te leren schieten via de de computer, dus dat was de reden dat ik onlangs drie dagen op de schietbaan heb gestaan om mezelf de nieuwe Walther P99 eigen te maken, maar een opleiding "portogewoon" over het juiste gebruik van verbindingen? Moet daarvoor nou tijd vrij gemaakt worden?

De korpsleiding weet precies hoe het werkt. Politie mensen zijn net boeren: ze hebben altijd iets te klagen. Pas als ze ophouden met klagen en stil worden, dan moet je oppassen. Maar gooi ze af en toe en sappig bot toe, hou ze een wortel voor de neus en ze gaan in alle enthousiasme door.

Dus ik hoop. En ik verwacht. Hoop gloort eeuwig aan de horizon.

vrijdag 31 januari 2014

Reùnie

Zomaar wat antwoorden krijgt die je krijgt, als je tijdens een grote alcoholcontrole aan bestuurders om hun medewerking vraagt.

- Even mijn bril afzetten, dat scheelt weer twee glazen.
- Moet ik zuigen of blazen?
- Ik wil wel meewerken, geef maar een jas en een pet.

Je houdt je geduld, en laat mensen hun dingetje doen, beloont ze met een plastic sleutelhanger en door naar de volgende. En dat soms 1000 keer op een avond. Vroeger deden we elke maand wel een alcoholcontrole, maar dat ging op een gegeven moment zoveel capaciteit opslokken, dat dat niet meer vol te houden was. Het aantal controles ging dus omlaag, de pakkans daarmee ook, maar gelukkig lijkt het erop alsof Jan Publiek die gelegenheid niet aanpakt om vaker met een borreltje achter het stuur te kruipen. Behalve onze Ooost-Europese medemens dan, want daar is rijden onder invloed een hardnekkig en nauwelijks uit te roeien verschijnsel.

Desalniettemin zijn alcoholcontroles toch vaak een reünie. Je ziet mensen die je al een hele tijd niet hebt gezien, collega's van 'buitenaf' die eens komen kijken hoe wij het doen. We zorgen altijd wel voor een lekker warm hapje en als het weer meewerkt, is het helemaal niet vervelend.

Een niet nader te noemen kamerlid maakte zich van de week boos tegenover Minister Opstelten betreffende het rijden onder invloed van drugs. Dat komt nog maar niet van de grond.
"Je kunt hier in Nederland kennelijk zo stoned als een garnaal rondrijden zonder dat de politie er iets aan doet."

Tsja. Dossierkennis ontbreekt hier ook enigszins. Wij hebben in het district onlangs een controle gehouden die wat meer was toegespitst op rijden onder invloed van drugs. Dit deden we bij een club, die erom bekend staat, dat niet-gehuwde mensen daar dingen komen doen, die je normaal gesproken alleen in een huwelijk doet. Met meerdere mensen. En dan plegen ze dat óók nog te doen onder het genot van een pilletje of een snuifje. Dan schijnt het beter te gaan, zeg maar. Bij die controle zijn 10 mensen aangehouden. Er wordt dan bloed afgenomen, want als het om drugs gaat, kun je dat niet uit een ademteug aflezen. Het bloedmonster wordt naar het NFI opgestuurd. Die maakt een expertiserapport op. En daar zit het hem in de kneep. Want het NFI weet welke stoffen allemaal van invloed zijn op de rijvaardigheid, maar gaat niet verder dan de conclusie dat "de rijvaardigheid met grote waarschijnlijkheid is afgenomen door het gebruik van die of deze stof". Grote waarschijnlijkheid. De rechter wierp een blik op deze zinsnede en stelde vast dat grote waarschijnlijkheid geen absolute zekerheid vormde en sprak alle bestuurders vrij.

Dus de wetgeving is er, want dat is gewoon het aloude artikel 8 van de wegenverkeerswet, lid 1, die stelt dat het rijden onder invloed van een stof, waarvan met weet of moet weten dat de rijvaardigheid wordt beïnvloed, strafbaar is. De middelen zijn er: een speekseltest als selectiemiddel en een bloedproef als bewijs. Alleen moet het NFI haar terminologie aanpassen, of haar onderzoeksmethoden doorontwikkelen zodat er met absolute zekerheid kan worden gesproken. Tot die tijd is rijden onder invloed van drugs inderdaad nog moeilijk aan te pakken.

maandag 13 januari 2014

Ik weet het niet.....

Normaal gesproken ben ik een man van uitgesproken meningen, maar nu...? Ik heb ernstige last van meningnietus. Ik weet het niet. Ik heb geen mening.

In eerste instantie klinkt het plan van Fred Teeven ( met enige rugdekking van minister Opstelten) best aantrekkelijk. Als extra afschrikwekkende maatregel aan beginnende en gevorderde boeven, zeg maar.

Pas op: als je in de gevangenis komt na een proces, dan plukken we niet alleen je crimineel verkregen vermogen weg en gebruiken dat voor dingen die niemand nodig heeft, maar die wij, politici nodig vinden, maar berekenen we de kosten van je proces en van je gevangenneming door aan jou. Met een maximum van 16 euro per dag. Dat wil dus zeggen dat de kosten van de opsporing, berechting en opsluiting verhaald worden op de crimineel. Om kosten te drukken en, zoals gezegd als extra straf.

De politieman in mij schreeuwt: Eindelijk gerechtigheid. In landen om ons heen wordt het al gedaan en ik vind dat een crimineel moet boeten voor wat hij fout heeft gedaan. En dat boeten mag ook best bestaan uit een geldelijke vergoeding naar de maatschappij. Want er gaat een geld inzitten hoor, dat hele opsporings- en berechtingsproces.

Maar mensen die ik normaal uithoon ( meestal omdat hun politieke kleur en voorkeur me niet aanstaan) hebben nu ook een punt. Want beginnende boefjes, die voor het eerst in de gevangenis komen en daar een slordige 10 cent per uur verdienen met zakjes plakken of wasknijpers in elkaar draaien ( sinds het sluiten van de sociale werkplaatsen zagen gevangenisdirecteuren hun kans schoon om arbeidsprojecten binnen te slepen) kunnen die 16 euro per dag niet betalen. En dus verlaten ze de gevangenis met een achterstand. En dan komt het échte leven nog. Ze moeten aan huisvesting zien te komen, aan werk, aan alles wat ze aan een eerlijk bestaan helpt. En dat gaat lastig als je nog een schuld achter je naam hebt staan. Een hypotheek zit er sowieso al niet in en je zult veel moeten verdienen wil je al je levensbehoeften bekostigen. Niet zonder reden dus, dat de linkse politici roepen dat deze maatregelen boefje alleen maar zal aanmoedigen om in de criminaliteit te blijven. Want dat is de enige manier die ze kennen om dergelijke bedragen op te hoesten. En een naar bijverschijnsel van criminaliteit, net als prostitutie ( dat heb ik van horen zeggen, hoor) is dat je er niet zomaar even uitstapt als je er genoeg van hebt. Ook daar zijn wurgcontracten aan de orde van de dag.

Dus ik weet echt niet wat wijsheid is. Moeten we dan deze maatregel pas toepassen bij mensen die meer dan een aantal keren zijn veroordeeld, voor feiten die - om in het strafvorderlijke te blijven - meer dan 4 jaar gevangenisstraf op staat? Dat is meestal de maatstaf.

En het commentaar dat dit plan alleen maar naar buiten kwam om de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen en, in het verlengde hiervan, de politieke agenda te kunnen beïnvloeden, veeg ik zo van tafel. Ook was het niet bedoeld om de Telegraaflezers tevreden te houden, want die zijn toch nooit tevreden. En een dergelijk wetsvoorstel heeft jaren voorbereiding gekost, dus timing was niet belangrijk. Nee, als er al een reden is, is het om het huishoudboekje van de overheid beter op orde te krijgen. Want ergens is het natuurlijk gewoon een verkapte belasting. Een cel-belasting. Of gevangenisheffing. Of petoetpremie. Zou dat niet leuk staan op het Monopoly-speelbord?

Verlaat de gevangenis zonder betalen? Ik dacht het niet......

zaterdag 11 januari 2014

Kort naschrift op "beeldend"

Soms loont het de moeite; doorzeuren kan resultaat opleveren. Nadat de toestemming tot gebruik van de beelden was geweigerd door het OM, heb ik mijn grieven neergelegd bij de producer van het lokale TV programma waarin opsporingszaken worden gepresenteerd. Ik vroeg hem wanneer het programma uit de lucht ging wegens gebrek aan materiaal. De producer heeft dat zich aangetrokken, heeft de zaken die ik had ingelezen en nogmaals gepresenteerd aan de Officier van Justitie. Die zag de dwalingen zijns weegs in en gaf alsnog toestemming.

De beelden worden eerdaags getoond. Een slag gewonnen, maar de oorlog (nog lang) niet....

donderdag 9 januari 2014

Beeldend...

Nederland wordt de laatste tien jaar volgehangen met camera's. Snelwegen, stadspleinen, benzinestations, winkels. Overal waar we dagelijks komen, worden we opgenomen. Soms nog op ouderwetse VHS-tapes maar meestal op de harde schijf. En we zijn er zo aan gewend geraakt dat niemand er meer bezwaar tegen heeft. Want het toont aan dat 'wij ' niks verkeerd doen en '' zij ' wel. En met ' zij ' bedoelen we dan iedereen anders die zich niet aan de regels houdt. Camera's worden ook steeds slimmer. Ze lezen kentekens, onderscheiden gezichten, gaan pas draaien als er beweging in het vooraf ingestelde gebied komt. En camera's worden ook steeds beter van kwaliteit.

In het dorp waarin ik werk, is zes jaar geleden na een jarenlange reeks van vernielingen en andere incidenten een camerasysteem geïnstalleerd. Het uitkijken geschiedde door de politie en de gemeente was eigenaar van het systeem. In de eerste week dat het systeem actief was, werden er drie camera's vernield. Da's natuurlijk ook dom, met je giechel in beeld terwijl je een camera vernielt. Maar in de daarop volgende jaren is het aantal zaken, dat geheel of gedeeltelijk met de camera werd opgelost, nagenoeg nihil geweest. Soms omdat de kwaliteit van de beelden te wensen over liet. Maar veel vaker omdat men - het boevengilde - wist dat de camera's er hingen en wel zo slim waren om óf niet herkenbaar in beeld te komen óf hun zaakjes ergens anders mee naartoe te nemen. De burgers en ondernemers echter, zwoeren erbij. Want ze voelden zich veilig. Bewaakt.

Onlangs is het camerasysteem vernieuwd en overgedragen aan de ondernemers van het centrum. En gebeurt het uitkijken door een commercieel bedrijf. De kwaliteit is zó goed, dat ik aan de lopende band mijn klantjes herken. En sinds de jaarwisseling heb ik een aantal leuke zaken met uitstekende beelden, waar een herkenning heel goed mogelijk is.

Maar Nederland kent méér dan één soort boeven. Nou is dat natuurlijk gechargeerd, maar het Openbaar Ministerie is de wel grootste tegenstander van cameratoezicht. En dat is vreemd. Want het OM is belast met opsporing en vervolging van strafbare feiten en een beter bewijsmiddel dan camerabeelden van een verdachte die een strafbaar feit pleegt, is er niet. Je kunt nog zoveel ontkennen of zwijgen, als je op beeld staat, ben je erbij. Maar ik heb recentelijk twee zaken gehad, waarbij ik prima beelden had en waarop de verdachte weliswaar mij onbekend was maar voor wie hem wel kende, heel goed op beeld stond, maar waarbij het OM geen toestemming gaf om de beelden te publiceren. Het OM namelijk, bepaalt wat u te zien krijgt bij opsporingsprogramma's op TV.

De regels op dat gebied veranderen nogal eens, moet u weten. Het OM maakt zich heel veel zorgen om de privacy van de verdachten, soms meer dan over het welzijn van de slachtoffers, zo lijkt het. Maar na het kopschoppers-debacle uit Eindhoven, waarbij de kracht van social media omsloeg naar een heksenjacht, heeft het OM van de rechter op de kop gekregen. Het OM had volgens de rechter namelijk kunnen weten dat, vooral in deze tijd, mensen zelf op onderzoek gingen, het filmpje ontzettend veel zouden kopiëren en publiceren en dat daarmee de rechten van de verdachte onnodig geschaad zouden worden. Ik heb in een eerdere blog al aangegeven dat, als de beelden niet op die manier vrijgegeven hadden geworden, we nu nog niet zouden weten wie de daders waren, maar dat terzijde. Sindsdien is het OM heel huiverig met toestemming geven aan programma's als Opsporing Verzocht, of lokale programma's als Bureau Hengeveld van RTV Utrecht om beelden van een verdachte te tonen. Omdat ze op voorhand bang zijn om weer door de rechter onder uit de zak te krijgen. En ik stel me zo voor, dat Officieren van Justitie aan het eind van ieder jaar beoordeeld worden op hun functioneren. En dat één van de graadmeters het aantal gewonnen en verloren zaken zal zijn.

Beste Officieren, waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt. Als je geen risico's neemt, dan bereik je nooit het doel waartoe je ingezworen bent: Het zo goed mogelijk handhaven van de rechtsorde. Gebruik de opsporingsmethoden die je ter hand staan. Want ik kan me niet voorstellen dat bij ieder beeld dat op TV getoond wordt, een heksenjacht ontstaat zoals toen in Eindhoven. Dat is gewoon niet logisch. Bescherm de burger en de ondernemer. Gebruik die beelden die je ter beschikking heeft en dan lossen we zaken op. Zo simpel is het. Ik kan het niet beeldender uitdrukken dan dit.

donderdag 2 januari 2014

Zoenoffer

De afgelopen dagen kenmerkten zich weer door alle hectiek rondom de komende jaarwisseling. Waar gewone  mensen zich druk maken over vuurwerk, oliebollen en 'is er wel genoeg eten in huis ' maakt de politie zich ook zorgen over vuurwerk ( maar dan de zwaarte ervan), over de tweederangs oliebollen die gelukkig niet door het AD zijn getest en over 'waar zullen ze ons nu qua eten weer mee afschepen '. Dan wordt er druk geïmproviseerd, mensen maken zelf hapjes en nemen die mee. Je leert om te overleven.

Ook de korpsleiding maakt zich druk. Ruim 10.000 agenten werden ingezet tijdens de jaarwisseling, een zesde van het totaal aantal politiemensen in Nederland. En ondanks de campagnes vooraf over vuurwerkmisbruik en de gevaren daarvan, ging het toch weer een aantal malen gruwelijk fout. En ondanks de eveneens zo uitputtende campagnes 'handen af van onze hulpverleners 'ging het óók op dat vlak weer een aantal keren fout. Ruim 800 mensen werden aangehouden. De schade bedroeg ruim 9 miljoen euro. De brandweer en ambulance moest bijna 42 % meer dan vorig jaar een beroep doen op de politie om veilig haar werkzaamheden uit te kunnen voeren. Brandweermensen, waar ik best even een lans voor wil breken, die 'gewone ' burgers zijn die van huis komen om mensen te helpen. Ik snap niet dat ze daar niet wat vaker de hogedrukslang uitrollen en dat geteisem wegspuiten, maar ik snap wel meer dingen niet.

Met al dat campagnegeweld sneeuwde de laatste interne campagne van de NP ietwat onder. Dat ging ongeveer zo. Opeens stond er een man in de teamkamer die ik kende van een aantal Multiculturele lesprogramma's uit het verre verleden. Hij overhandigde een stapeltje foldertjes, die verwezen naar een intranetpagina. Waar ons in fijne taal werd uitgelegd, dat de gewoonte om in Nederland het nieuwe jaar en de beste wensen met drie zoenen in te luiden, lang niet altijd geaccepteerd wordt.

.........


Dan val je toch he-le-maal stil. Gelukkig dat dit soort dingen echt gebeuren, want anders had ik vrij weinig om over te schrijven. Maar toch.

Politiemensen delen lief en leed met elkaar. Tijdens eenzame uren in de surveillanceauto kom je soms meer over je maatje te weten dan zijn of haar eigen echtgenoot weet. Soms zijn het dingen die je helemaal niet wilt weten, maar vooruit. Je bouwt een vertrouwensband op. Dan zal je toch wel weten of die collega het op prijs stelt, om haar wang tegen de jouwe te drukken en smakgeluiden in de buurt van elkaars oren te maken? Kom op zeg! Folders en een intranetpagina, wat heeft dat wel niet gekost aan tijd, moeite en geld? De folder, die ons nota bene aanraadde om, als we niet wilde zoenen of gezoend worden, met een uitgestrekte hand iemand te benaderen zodat deze daaruit kon opmaken, dat je niet gezoend wilde worden.

Na openbaring van deze wijsheden heb ik een mannelijke collega spontaan drie zoenen op zijn wang gegeven, die overigens net zo ernstig beantwoord werden. Zo. Vragen, iemand? Waar gaan we het nu eens over hebben?