Totaal aantal pageviews

zaterdag 18 mei 2013

Prikkelen

Ik had laatst een interessante discussie met iemand. Die iemand is een vriend van me die in het buitenland woont, maar om zijn privacy te respecteren al ik zijn naam niet noemen. Het was ook eigenlijk een discussie van niks. Het was meer een uitwisseling van tweets. Ik had mijn vorige stukje geschreven over het hemelvaartweekend en  kennelijk als reactie daarop kreeg ik een tweet waarin stond "en jij denkt dat het toeval is dat degene die het systeem het minst analyseren aangesteld worden om het te verdedigen?"

Ik begreep het wel en ik begreep het niet. Ziet u, mijn vriend is iemand die graag plaagstootjes uitdeelt met de kennelijke bedoeling om mensen aan het denken te zetten, om de discussie aan te wakkeren. Hij woont in het buitenland maar is geboren in Nederland. Hij heeft echter een hekel gekregen aan de Nederlandse politiek en de levenshouding van Nederlanders, en steekt dat niet onder stoelen of banken. Ik heb normaal gesproken niet veel op met mensen die afgeven op Nederland en vaak denk ik dan "ga dan weg, als het je hier niet bevalt". Dat heeft hij ook gedaan en daarmee steeg hij in mijn achting.

Maar aan de andere kant zag ik het als een beschuldiging aan mijn adres. Hij dichtte mij kennelijk toe dat ik niet geneigd was het systeem, waar ik immers een klein onderdeel van uitmaak, te analyseren. Juist ómdat ik een onderdeel ben, omdat het systeem mij ook in leven houdt, zou ik niet genegen zijn om vraagtekens te plaatsen bij de werking van het systeem dat wij kennen als rijksoverheid en volgzaam zou doen wat mij wordt opgedragen. Ik vond de toonzetting minderwaardig en tweette dat terug.

Hij antwoordde vervolgens" Niks minderwaardigs aan. Een agent die het systeem in twijfel trekt functioneert niet. Daardoor zijn het vaak de volgzame types".  Omdat ik mijn vriend ken, begreep ik zijn stellingname, maar wist ook dat hij ernaast zat. Want de gemiddelde Nederlandse politieman- of vrouw, is vaak helemaal niet volgzaam. Hij ( of zij) heeft een grote handelingsvrijheid, mag vaak zelf beslissen hoe hij zaken aanpakt en afhandelt. Mag  het systeem becommentariëren, mag kritiek hebben en wordt door de chefs vaak uitgenodigd om die kritiek te uiten en mee te denken aan een oplossing. Oplossingen die vaak in praktijk gebracht worden. En niet eens om meerdere eer en glorie te oogsten, maar gewoon, om het werk werkbaarder te maken. Natuurlijk, ieder systeem kent zijn volgers. Degene die trachten niet op te vallen, maar met de stroom mee te gaan. Die niet origineel zijn. Maar neem van mij aan, dat de succesvolle agenten hun mond hebben opengetrokken. Denk maar an de politiechef uit Zeeland- Westbrabant, Hans Visser, die de boetebedragen in Nederland 'absurd hoog' noemde en gelijk onder uit de zak kreeg van Minister Opstelten. Maar tegelijkertijd lof oogstte uit zijn eigen organisatie en uit de pers, zodat de minister uiteindelijk in een kamerdebat toch moest toezeggen bij een volgende verhoging van de boetebedragen  die er onvermijdelijk gaat komen - eerst de effecten van die verhoging op het politiewerk te zullen laten bestuderen.

In deze blog heb ik veel geschreven over boetebedragen en de aarzeling die collega's hebben om boetes uit te schrijven en dat ik die aarzeling zelf zelden of nooit ken. Gisterenavond heb ik iemand opgeschreven die met een bromfiets over het trottoir reed, in de volle wetenschap dat de boete hoog was en dat deze jongeman die avond en de komende avonden voor de staatskas moest werken. De manier waarop hij zijn overtreding pleegde- met totale minachting voor de veiligheid van de voetgangers en de regels - gaf mij echter de overtuiging dat hij de boete echt wel verdiend had. De rest van de avond - het dorp is klein, dus ik kwam nog een paar keer langs dezelfde locatie - zag ik hem netjes met zijn brommert naar de stoeprand lopen en daar pas de motor starten en wegrijden. Dan heeft het toch effect gehad, dacht ik, en daarbij is zijn verhaal de beste reclame die ik me kan wensen. Want zijn collega's zullen voorlopig óók niet op de stoep rijden. Dan komen de pizza's maar vijf minuten later.

Discussies zijn bedoeld om te prikkelen, om na te denken over je gedrag, je houding, je opvattingen. Soms zetten discussies de verhoudingen, vriendschappen, relaties,  even op scherp. Maar daarna, als je aken geanalyseerd hebt en je weet war je staat en je respect kunt opbrengen voor elkaars standpunten, kun je gewoon weer verder met elkaar.

woensdag 15 mei 2013

Nationale Politie- deel II

Vandaag is een belangrijke stap gezet in de vorming van de Nationale Politie. Vandaag, namelijk, viel bij elke politieman- of vrouw een brief op de mat om hem of haar te laten weten waar hij of zij staat in de rangorde der zaken. Het LFNP staat.

Het LFNP, dat staat voor het Landelijk Functiehuis Nationale Politie, is een herindeling van de 12.000 ( u leest het echt goed) functies die er bij de regio's bestonden, naar krap 90 functieomschrijvingen die er nu bestaan. Het kan dus zo maar zijn, dat de functie die je voorheen bekleedde, een hele andere naam, functie-inhoud en salariëring heeft gekregen dan gisteren. En het kan ook maar zo zijn, dat je van standplaats moet veranderen, alhoewel dat laatste niet zo'n vaart zal lopen, tenzij je in de ondersteunende dienst zit. Minister Opstelten heeft immers drie locaties aangewezen voor Politie Diensten Centrum (PDC's) in Zwolle, Eindhoven en Rotterdam. Op die locaties komen zaken als administratie, personeelszaken en facilitaire diensten te zitten. Dat scheelt een hoop in gebouwenbeheer en dubbele functies. Voordeel van dit alles is dat een wijkagent zoals ik, in alle gebieden dezelfde benaming krijgt ( en dus vervallen hoogdravende termen als buurtregisseur of buurtagent), dezelfde schaal ( 7,8 of 9 al naar gelang de zwaarte van de wijk en de jaren ervaring) krijgt en dus niet meer automatisch in Amsterdam een inspecteursrang krijgt en elders 'gewoon' hoofdagent blijft en dezelfde functie behoudt.

Overigens houdt het LFNP voor mij geen bijzonderheden in. Ik was wijkagent schaal 8 en blijf dat in het nieuwe bestand ook. Er zijn echter wel veranderingen. Een groepschef in een wijkteam ziet zijn functie gewoon verdwijnen. Dat wil zeggen, hij geeft nog wel eerstelijns leiding, maar verliest alle zorg voor 'zijn' groep, doet geen beoordelingen meer, coacht niet meer en is niet meer degene die als eerste misstanden signaleert en bijstuurt. Ik vraag me af hoe lang ze dat kunnen volhouden, want bij een basisteam met 60 tot 120 man is het onmogelijk voor een teamchef om al die mensen te  worden, beoordelen, zelfs niet als dat maar eens in de drie jaar is (!) en ook niet met een sterk vereenvoudigd formulier.

Natuurlijk - want dit is Nederland - kan er tegen de beslissing en matching van het LFNP bezwaar aangetekend worden, dus het laatste woord is er nog niet over gezegd. Maar nu deze stap gezet is, kan verder worden gewerkt aan de vorming van de basisteams, voor zover die andere vormen en werkgebieden krijgen dan de oude wijkteams.

Volgende belangrijke stap: het landelijke huisvestingsplan, waar deze maand een beslissing over genomen moet worden. Ik hoop dat de beslissing in ons voordeel uitvalt en we een nieuw bureau krijgen, zodat we fatsoenlijke ruimte krijgen om ons werk te doen. Zeker in zo'n groot landelijk uitgestrekt gebied is het belangrijk om een honk te hebben waar je op terug kunt vallen.

dinsdag 14 mei 2013

Doorbijten

Ieder jaar met hemelvaart verzamelt de familie van mijn vaders kant zich op een camping voor een vijfdaagse ontmoeting. Mijn vader komt uit een groot gezin; 17 kinderen, waarvan er twee tijdens de hongerwinter zijn overleden. Die zijn allemaal getrouwd ( geweest) en hebben kinderen en kleinkinderen, die ook deze traditie van kamperen in ere willen houden. Zie het maar als een vijf dagen durende verjaardag. Erg druk, erg gezellig maar als het te lang gaat duren, steken ook de irritaties de kop op.

Uiteraard weet iedereen wat ik voor werk doe en iedereen wil daar graag dingen van horen. Ik aan de andere kant merk dat ik steeds terughoudender wordt om dingen uit mijn beroep te vertellen omdat ik me steeds meer in de verdediging gedrongen voel. En dat past me niet, vind ik.

Iedereen heeft ervaringen met criminaliteit, politie en onveiligheid. En als ze het niet hebben, weten ze wel een buurman, achternicht of medelid van welke vereniging dan ook die een slechte ervaring heeft met de politie. Eén die niet te beroerd is om die negatieve ervaring aan mij voor te leggen en mijn mening te vragen of soms gewoon ouderwets te klagen. Want klagen, dat kunnen we in Nederland goed. Het heeft winkeldiefstal als volkssport van de eerste plaats gestoten.

En omdat ik op dezelfde de camping een seizoensplaats heb en op de een of andere manier mijn buren aldaar er ook achter zijn gekomen wat voor werk ik doe, wordt ik ook door hen erop aangesproken. Tijdens de afwas, bijvoorbeeld. Of gewoon als ik voorbijloop met de toilettank in mijn handen om deze te gaan legen. "Jij werkt toch bij de politie" is de openingsvraag dan. Oh nee hè, denk ik dan, daar gáán we weer. Ik ben ook maar gewoon van vlees en bloed, hoor. Ik ben hier voor mijn rust. En ik moet gewoon net als u, ook gewoon naar de WC.

Ik heb het natuurlijk ergens zelf ook in de hand gewerkt. Niet in de laatste plaats door deze blog, maar ook door het beleid van Justitie te verdedigen, uit te leggen, te vergoelijken soms. Maar een doorgewinterde klager vindt altijd wel iets anders. Mijn vader bijvoorbeeld, leest hardop de koppen uit - meestal- de Telegraaf voor, in de hoop een reactie los te krijgen. En natuurlijk hap ik. Maar als ik zijn kritiek weet te weerleggen, komt de volgende kop. Dat hou je gewoon niet vol.

Ik moet gewoon even doorbijten, de accu's opladen, mijn schild vernieuwen en dan kan ik er weer tegenaan. want zeikers hou je toch wel, dus je daardoor laten beïnvloeden heeft weinig zin.

Ik durf te zeggen: ik heb het mooiste beroep ter wereld.

zondag 5 mei 2013

Uit het spoor...

De politie is de grootste psycho-sociale zorgverlener in Nederland. Dat, gekoppeld, aan de jarenlange wens om terug te keren naar de kerntaken maar daar om meerdere redenen niet toe in staat te zijn, maakt dat wij een groot deel van ons werk nog steeds bezig zijn met gekken en dwazen. Er gaat al veel langer een kerntakendiscussie namelijk, die stelt dat de politie moet gaan doen waar ze echt voor in het leven is geroepen, namelijk boeven vangen. Daar komt ze wel aan toe, maar lang niet zoveel als zou moeten en zou kunnen. De politie, of eigenlijk de mensen die bij de politie werken, zijn namelijk geselecteerd op aanpakkers. Probleemoplossers. Handelen, niet weerloos toezien. Dus als er  zich een situatie voordoet, ook al is dat niet ons pakkie-an, dan doen we er iets mee.

Afgelopen week zijn we vier keer bij een bepaalde jongeman geweest. De eerste keer was terecht, want toen had hij in zes auto's ingebroken van het park waar hij woont. Dat zijn medebewoners dat niet leuk vonden spreekt voor zich. Hij is aangehouden, afgehoord en heengezonden met een dagvaarding om zich te komen verantwoorden. De andere drie keer zijn we bij hem geweest omdat hij zich bedreigd voelde door zijn buren en wel op zodanige manier dat hij allemaal messen om zich heen had verzameld om van zich af te kunnen steken als de bedreigingen waarheid zouden worden. Dat er een steekje(...) los was aan deze jongeman, zal u dan ook niet verwonderen.

Normaal gesproken zouden we hem meenemen naar het bureau, en de crisisdienst van de GGD waarschuwen. Dan komen - na ongeveer een uurtje of twee, áls we geluk hebben - een dokter en een verpleegkundige van Altrecht en die kijken hem na. Maar dat heet crisisdienst om meer dan één reden, want ook bij hun is het crisis in die zin, dat ze altijd een tekort hebben aan beschikbare bedden en budget. Dat is de reden dat je wel heel erg gevaarlijk moet zijn, wil je acuut opgenomen worden met een machtiging van de burgemeester. Een goede reden bijvoorbeeld, zou zijn als je ergens midden op het Centraal station in de spits ontuchtelijke handelingen uitvoert met een boerderijdier. Maar anders wordt je niet gek genoeg beoordeeld en mag je je de volgende dag vrijwillig melden voor een dagopname en je krijgt een paar pilletjes mee. En de politie haalt haar schouders op, is totaal niet verbaasd en laat de man maar weer gaan.

Als we ons echt aan de kerntakendiscussie zouden houden, zou de crisisdienst ter plaatse komen en zodra zij het pand binnenlopen, is onze bemoeienis afgelopen. Of, in het kader van de interdepartementale samenwerking, we zouden de man af kunnen zetten bij het regionaal psychiatrisch centrum waar de crisisdienst resideert, en dan is het verder ook hun probleem. Maar dat gaat dus niet.

De agent op straat zou veel terughoudender moeten zijn in het afbakenen van het werk. Meer bepalend zijn wat wel zijn werk is en wat niet. Maar omdat de politie één van de weinige organisaties is die de klok rond beschikbaar is en ook direct komt en dan ook nog eens een dienstverlenende instelling heeft, zorgt ervoor dat andere diensten ietwat achterover kunnen leunen en het rustig aan kunnen doen. De politie komt tóch wel, denkt men.

Maar wat als de politie nou eens niet kwam?