Totaal aantal pageviews

dinsdag 27 november 2012

Niet geschoten....

Afgelopen week is een jongen door vuurwapengebruik van een politieman om het leven gekomen. Dat is een tragisch feit. En aan die discussie werd tegelijkertijd de schietvaardigheid van de Nederlandse politie gekoppeld. Onlosmakelijk met elkaar verbonden, ja,maar een beetje smakeloos tijdstip.

De agent in kwestie ging met zijn collega's naar station Hollands Spoor omdat er een melding was dat een jongeman iemand had bedreigd met een vuurwapen. Of er daadwerkelijk een vuurwapen getoond was, of dat er 'alleen' gezegd was "ik schiet je neer"of zoiets, vertelt het verhaal niet. Op het spoor zagen de collega's een jongeman lopen die aan het signalement voldeed. Met getrokken wapens benaderden ze hem en riepen hem aan zijn handen te laten zien. Toen de jongeman dit niet deed maar naar zijn middel greep, heeft één van de collega's geschoten en de jongeman in zijn nek geraakt. Hij overleed ter plaatse. En dat is een tragedie. Voor alle betrokkenen.

Hoewel ik een dergelijke heftige melding nooit heb gekregen, of me niet kan herinneren, kan ik me goed voorstellen wat er door de hoofden van de collega's gingen. Sowieso zijn ze in de stad meer vuurwapengeweld of gewoon geweld gewend. Maar toch.Je rijdt aan met meer dan gemiddelde snelheid. Je stapt uit en trekt eventueel het zware kogelwerende vest aan. Je trekt je wapen en misschien overtuig je jezelf ervan, dat het wapen is doorgeladen. En daarna ga je kijken.En dan overkomt je zoiets als ik hierboven beschreef. Reken maar dat je hart in je keel zit, dat je begint te zweten en dat je mond droog wordt. Allemaal perfect lichamelijke reacties van je lichaam op stress. Je lichaam komt in de vechten-of-vluchten-modus. Maar door die stress kun je niet meer goed zien, omdat daarmee ook tunnelvisie komt. Je ziet alleen maar waar je recht naar kijkt, niet wat er allemaal omheen gebeurt. Je hoort niks meer. En dan neem je - bewust of onbewust - de beslissing om te schieten. Je richt op het doelwit, maar niet op een bepaald lichaamsdeel. Je mikt op het grootste trefvlak. Veelal denken collega's die geschoten hebben, dat niet zijzelf, maar de andere collega's geschoten hebben. Ze sluiten het schot auditief uit, horen het niet. Merken niet dat hun eigen wapen beweegt door de terugslag. En worden dan even later, als de hartslag zakt, geconfronteerd met de werkelijkheid. Dat ze een ander mens hebben neergeschoten, zelfs hebben gedood. En ook dat is een tragedie.

Een Nederlandse agent krijgt 32 uur per jaar aan trainingstijd en ze worden lang niet allemaal gebruikt. En dat is zonde, want het is al zo weinig. En in die tijd moet zoveel gedaan worden. EHBO met reanimatie, zelfverdediging en aanhoudingstechnieken, mindset, fysieke vaardigheidstoets, lezingen over heel veel onderwerpen. En schietvaardigheid. In het verleden hebben we wel geoefend met zogenaamde simunition, verfpatronen van Canadese makelij die in dienstwapens met een aangepaste loop verschoten kunnen worden. Die redelijk trefzeker zijn en en verfvlek achterlaten op de kleding. En een fikse blauwe plek, want ze komen hard aan. Kan ik uit eigen ervaring zeggen. We zijn ermee opgehouden omdat je beschermende kleding moest dragen, inclusief gezichtsbescherming en dat maakte de zaak weer minder 'echt'. En daar train je toch voor. Om raak te kunnen schieten als het werkelijk nodig is. Maar trainen op 'schieten of niet schieten'? Dat doen we bijna niet. Daar is ook geen tijd voor. Dan moet je iedere maand trainen of misschien wel iedere week.

Een zaak als deze kent alleen maar verliezers. Want zelfs als de collega wordt beoordeeld door de Officier van Justitie, of zelfs door de rechter en hij wordt vrijgesproken, draagt hij deze gebeurtenis voor de rest van zijn leven met zich mee. En ook dat is een tragedie.

Ik moet nog even mijn excuses maken voor een opmerking van mijn vorige blog: Ik heb daarin een naam genoemd van een politica in een wat minder vleiende context. Dat had ik beter niet kunnen  doen, hoe mijn persoonlijke mening daar ook over is. Ik zal in het vervolg geen namen meer gebruiken en als dan onverhoopt toch uit de tekst mag blijken wie ik bedoel, dan is iedere overeenkomst puur toevallig.....

zondag 25 november 2012

NAPO

Hij komt, het komt. Nee, niet Sinterklaas! Hoewel, die komt ook één dezer dagen, maar dat bedoelde ik niet. Nee, nog minder dan 40 dagen en dan hebben we in Nederland een Nationale Politie. Weg met de 26 koninkrijkjes waar iedereen doet wat-ie wil, meer eenheid en samenwerking. Tenminste, als ik de kwartiermakers mag geloven.

De komst van de nationale politie doet op de bureau's nog weinig harten sneller kloppen. Hoewel er tonnen aan informatie over ons wordt uitgestort, meestal in de vorm van weer een nieuwe intranetpagina of folder op de koffietafel, zijn maar weinigen er in geïnteresseerd. Ik ook niet, moet ik eerlijk toegeven. De hoofdoorzaak, volgens mij, is dat niemand echt weet wat er nou gaat veranderen en wat het voor hem of haar voor gevolgen heeft.

Een van de zaken die de komst van NP aankondigen, is het nieuwe politieblad 24/7, dat 26 regionale kranten ( en dus een groot aantal communicatiemedewerkers) overbodig maakte. Er zat dit keer een boekje bij geschreven door Gerard Bouman, dè kwartiermaker der kwartiermakers. Hij vertelde in dat boekje dat hij onlangs een gesprek had gehad met een groep politiemedewerkers niveau 5 ( het één na hoogste niveau) en had 'voorzichtig gevraagd wie er al iets uit het Nationale Inrichtingsplan had gelezen....Niemand. Nul' . Daarom een extra bijlagen met uitleg over de korpswaarden en de visie van het korps. Want zonder visie geen doelen. En vice versa.

Ook op de opleiding die ik op dit moment volg, werd een soortgelijke vraag gesteld. Het antwoord luidde zo ongeveer 'hebben we een visie dan?' En dat vat het genoeg samen.

Er gaat een enorme hoop veranderen in de komende twee jaar. En de berichten in de media, waar de politiebonden stelling nemen tegen de kwartiermakers omdat die zich niet aan de afspraken zouden houden die in de CAO zijn afgesproken, doen daar geen goed aan. De kwartiermakers zouden namelijk het nieuwe LFNP aan de kant willen zetten en 'gewoon'weer een hiërarchische lijnorganisatie op willen bouwen. Het LFNP, voor de onwetenden onder u, is een nieuwe invulling van de functiebeschrijvingen bij de politie. 12.000( u leest het goed) verschillende functies die nu bestaan bij de politie worden omgevormd tot krap 90 functies, elk met dezelfde rechten, plichten, vergoedingen enzovoorts.  En de ontkenning van het o zo anonieme ministerie van V&J, die zegt 'zich niet te herkennen in de kritiek van de bonden' geeft ook al geen warm gevoel bij mij. Juist de term 'operationeel leiderschap' wordt uitgedragen door het korps en dat is precies het tegenovergestelde van een hiërarchische lijnorganisatie.

Als je ziet wat er aan reclamemateriaal wordt gemaakt en verspreid, is het moeilijk om te geloven dat er zoveel bezuinigd moet worden. Het hele bureau is volgeplakt met posters met wervende teksten over LSD( luisteren, samenvatten, doorvragen) NIVEA(niet invullen voor een ander), OEN ( open, eerlijk en nieuwsgierig) en ga zo maar door.

Het leeft dus niet, zo blijkt. Ik titelde dit stukje NAPO, als afkorting van NAtionale POlitie, maar ik besefte me ook dat dat teveel associaties oproept met de Duitse politieorganisaties uit de Tweede Wereldoorlog, dus het zal wel NP blijven. Ik hoop maar dat de anonieme start die het nu lijkt te worden, gaat doen wat het belooft: meer eenduidigheid in handelen, optreden, materiaal en werkwijzen. Dat zou al een enorm winstpunt zijn. En de besparingen? Ach, die worden vast wel ergens anders aan uitgegeven waar u en ik van achter de oren zouden  krabben en de wijsheid zouden betwisten. Zoals gewoonlijk.

zaterdag 17 november 2012

Niet inzetbaar

Door de jaren heen heb ik geleerd, niet in de hitte van het moment een mailtje te beantwoorden, de telefoon op te pakken en in verontwaardiging iemand op te bellen en de huis vol te schelden. Ik heb min of meer geleerd mijn emoties te beteugelen. Niet helemaal natuurlijk, want emoties zijn een belangrijke karaktertrek en dat laat zich erg moeilijk veranderen.

Vanavond was het leading issue van het RTL nieuws dat 1 op de 4 agenten niet inzetbaar was voor de drie hoofdtaken van de politie: noodhulp, opsporing en handhaving. De researchafdeling van dat nieuwsprogramma had de roosters opgevraagd van de 26 korpsen en daar deze cijfers uit gedistilleerd.

Even een stukje achtergrondinformatie: sinds een jaar of drie verantwoordt de politie haar uren in een programma genaamd BVCM. Daarin zouden ( let op: zouden) politieagenten per uur moeten aangeven waar ze zich mee bezig hadden gehouden op een werkdag. Alleen merkten we al gauw, dat het verantwoorden van de uren soms een groot deel van die werkbare uren op de dag opslokte, dus werd teruggegrepen op de meer algemene noemers "uitvoeren wijkzorg" of " afhandelen melding". Dat was veel makkelijker, mar geeft dus ook wel een vertekend beeld. Uit dit programma haalt RTL dus haar cijfers.

Ik las op de site van RTL ook nog het volgende: Wat verder opvalt is dat gemiddeld 17 procent van de tijd opgaat aan het volgen van vaardigheidstrainingen en opleidingen. Het hoge percentage is voor een deel te verklaren doordat agenten in opleiding ook in de politiesterkte wordt meegenomen en die zitten een groot deel van hun tijd in de schoolbanken.

Dan draai je je kijkers wel een rad voor de ogen hoor! Dat betekent dus, dat elke werkstudent, die een drie- of vierjarige opleiding volgt, waarin hij of zij de helft van die opleidingstijd in de schoolbanken hoort door te brengen, ook meegerekend worden als cursus. Zo lust ik er nog wel een paar!
Om alvast even een voorsprong te nemen op de opleidingstijd: een politieagent blijft zijn leven lang leren. Komend jaar staat voor elke agent vier dagen IBT weggezet voor trainingen en toetsen, moet iedereen een driedaagse weerbaarheidstraining volgen om de stressbestendigheid te testen en te verhogen en wordt het nieuwe dienstwapen geïntroduceerd, waar per korpslid ook nog eens 28 uur voor gereserveerd is. Dan ontkom je er niet aan dat we veel op cursus zijn. En dan reken ik andere cursussen, zoals leiderschapscursussen, laser- en ademanalysetesten, vaarbewijs, rijvaardigheidstrainingen, motoropleiding, ME-opleidingen en ga zo maar door, gemakshalve nog maar niet mee.

Het ziekteverzuim is overigens wel schrikbarend hoog. Daar moet ik ze wel weer gelijk in geven. 11 % van je mensen ziek thuis is gewoon veel. Als ik dat betrek op mijn eigen team, zie ik dat er een man aan het reintegreren is wegens een beroepsgerelateerde ziekte, en dat een ander onlangs te horen kreeg dat hij ook behoorlijk ziek is. Dan was er nog een surveillant die uitgleed tijdens een achtervolging en zijn schouder blesseerde. En zo loopt het aardig op.

Eerste scene, tweede akte: de bezemkast gaat open en wie komt daar van rechts het toneel op: Magda Berndsen, die enige niet politie-vrouw die wel een politie-uniform heeft gedragen, vanuit het niets korpschef is geweest en uit carrière-overwegingen een kamerlidmaatschap voor de D66 innam.Toch wordt zij regelmatig bevraagd door diverse journalisten als het gaat om politie-gerelateerde zaken, terwijl ze hooguit in de kantine af en toe echte politiemensen tegenkwam. Vraag het dan aan iemand die er écht verstand van heeft. En daarmee bedoel ik niet aan mij, hoor. Ik ben maar gewoon een simpele werkbij die zijn loon verdient met hard werken. En nee, ik ben bijna nooit ziek. Ik volg wel zoveel mogelijk cursussen. Want daar wordt je nooit slechter van.

Kortom: ik ben dus zoveel mogelijk inzetbaar. Maar ik wil graag goed beslagen ten ijs komen...

maandag 12 november 2012

Horecahahaha

Het zwaartepunt van de politie-inzet ligt altijd in het weekend. Dit is van oudsher zo gegroeid, omdat er in het weekend het meeste volk op straat is. Waar veel volk is, is veel politie nodig, want hoe meer volk, hoe meer meldingen. Wij zetten in ons team vier extra mensen in in het weekend, om de horeca en de jeugd op straat in de smiezen te houden. Nou klinkt dat niet veel, vier man extra, maar op een totaal bestand van 32 man heb je het toch over een achtste van je team dat je iedere week weer wegzet voor de openbare orde. Niet dat we dan geen andere werkzaamheden doen, hoor, maar horeca is onze hoofdmoot. En er zijn veel interessanter dagen om je personeel in te zetten. Zondagnacht en maandagnacht bijvoorbeeld, dé nacht waarin de meeste grote klapper plaats vinden en er slecht twee koppeltjes politiemensen op straat zijn in een gebied zo groot als de halve provincie Utrecht. Eén middelgroot incident is genoeg om die povere inzet achter de computer te kluisteren om de formulierenbedenkers eer van hun werk te gunnen. Terwijl de misdaad ook niet gek is en gerust een valse melding eruit doet gaan, of zelfs simpele zielen opoffert zodat ze zelf een grote slag kunnen slaan. Of wat te denken van de zaterdag overdag,waarin een plaatsje dat een streekfunctie vervult, zoals het onze, een groot aantal bezoekers trekt. Statistisch gezien moeten daar een aantal rotte appelen tussen zitten, maar ook als het niet zo is, is er nog zat te doen. Maar dat doen we dus niet.

De meeste horeca met wie wij te maken hebben, werken over het algemeen goed samen met de politie. Omdat ze weten dat ze in meer of mindere mate afhankelijk zijn van ons. Hebben ze problemen met hun gasten die ze zelf niet aankunnen, dan komen wij om met zachte hand die gasten te verwijderen. En als dat niet lukt met harde hand. En de horeca heeft ons ook nodig als ze eens wat bijzonders willen organiseren, zoals een feest op het lokale plein. De politie geeft dan een advies aan de gemeente waarin een aantal voorwaarden staan die volgens ons nodig zouden moeten zijn. Het is aan de gemeente of die voorwaarden ook echt in de vergunning worden opgenomen, maar hee, als het achteraf fout loopt kunnen wij tenminste zeggen dat de politie had geadviseerd. De omgang met de meeste uitbaters is dan ook hartelijk en we doen zaken op een snelle en duidelijke manier met inachtneming van beider belangen.

Zo eens in de zoveel tijd echter, komt er een nieuwe uitbater ( meestal één uit de grote stad) die de boeren alhier wel eens een poepje zal laten ruiken. Welnu, grote stadsuitbater, poep is één ding waar ze hier alles van weten! Samenwerking met de politie echter is ver te zoeken, Meestal is het Ja zeggen en Nee doen. Of zijn ze niet gediend van inmenging buitenaf en overtreden ze alle regelgeving om zo snel mogelijk zo veel mogelijk geld naar binnen te harken. Met als resultaat geluidsoverlast voor de buren, wekelijkse vechtpartijen, rommel op straat, parkeeroverlast en ga zo maar door. Het zou echter de eerste keer niet zijn als de gemeente besluit zo´n kroeg via bestuursdwang een straf oplet, waarin bijvoorbeeld bepaald wordt dat de desbetreffende kroeg de eerstkomende maand om middernacht moet sluiten. En als je horecaondernemers in hun portemonnee raakt, doet dat pijn.

Afgelopen weekend waren we bij zo´n probleemkroeg. Waarin veelvuldig geschonken wordt aan jongeren die nog veel te jong zijn of aan jongeren die al veel te dronken zijn. Waar een vechtpartij de zaak aardig op stelten zette en dat, toen we daar aankwamen, bleek dat het bezoek hun auto's zodanig geparkeerd hadden dat wij er ternauwernood doorheen konden, laat staan de brandweer als er even verderop brand mocht uitbreken. En een krap half uur nadat we de boel gesust hadden(want niemand wilde-kon-durfde ergens aangifte van te doen) stonden we er weer, voor hetzelfde probleem. Een hartig gesprek met de uitbater eindigde met de belofte zijnerzijds dat hij de muziek even uit zou zetten om de raddraaiers toe te spreken. We hebben nog een kwartiertje staan wachten op de achtergrond maar de muziek is geen decibel gezakt. Dat was jammer voor hem, want de gemeente had alle klachten van omwonenden serieus genomen en had geluidsmetingen gedaan waaruit bleek dat de kroeg het dubbelen van het toegestane geluidsniveau op straat liet horen. Dat wordt een leuk gesprekje met de burgemeester, komende week.

Nee, horeca zou je bijna een grote werkgever van de politie kunnen noemen. Maar eigenlijk zou het niet zo moeten zijn. Zou iedereen rustig een biertje moeten kunnen drinken. Zodat wij ook andere zaken konden oppakken. En zo blijft er altijd iets te wensen over. Blijven ademhalen, blijven lachen. Als een boer met kiespijn.

Oh ja, ik had een tweet eruit gedaan waarin ik ouders uitnodigde om rond sluitingstijd eens te komen kijken naar de gedragingen van hun eigen kinderen. Ik heb nog niks mogen horen. Wie pakt de handschoen op?

zondag 11 november 2012

Appelig

Ik werk in een gemeente die gelegen is vlak naast wat ik iemand onlangs de startbaan van Amsterdam Vijf banen breed, zowel richting Utrecht als richting Amsterdam. Waar je toch maar maximaal 100 km per uur mag. Een schande, vinden sommigen. Als zo'n mooi stuk weg van ónze belastingcenten is aangelegd, dan willen we zelf kunnen bepalen hoe hard we er mogen rijden. tenminste 120, maar als het even kan 140 of harder. Want wat kan er nou fout gaan op zo'n brede weg. Nou, daarmee zal ik u niet vermoeien. Ik moest in ieder geval afgelopen week voor zeven uur 's ochtends over die weg, onderweg net zoals alle andere forenzen. Ik ging onderweg naar het IBT centrum, om er achter te komen dat de les waar ik voor stond gepland helemaal niet door ging. Maar da's weer een heel ander verhaal.

Ondanks dat ik onderweg ben ergens naar toe, en dus niet ben belast met enige vorm van toezicht of surveillance, let ik nog steeds op op wat er om me heen gebeurt. Het feit dat ik in uniform was en in een politieauto reed, dragen daar natuurlijk ook aan bij. Zo's instinct laat zich maar moeilijk uitschakelen. Op grond van de bevoegdheden die mij als politie-ambtenaar zijn ontleend, rij ik harder dan is toegestaan. Ik kijk in het voorbijgaan in de auto's naast me om te zien of de bestuurder zich met vreemde zaken bezig houdt. En ik heb al wat vreemde zaken gezien en de politie in het algemeen komt mensen tegen die zich met hele rare dingen bezig houdt. Terwijl ze een brok staal met een gewicht tussen de 1200 en 1500 kilo besturen. Telefoneren staat met stip op één, of dat nou handsfree is of niet. Even de papieren doornemen voor de vergadering van zometeen. De secretaresse kietelen ( of zichzelf) . De navigatie instellen. Een filmpje kijken. Een broodje bal met mayo downloaden. Voorbeelden te over.

Als ik dan voorbij rijd zie ik mensen altijd wat appelig naar me opkijken. Zo van: hij wél! Als ik dat probeer krijg ik een boete. En niemand maakt hem wat.

Als ik probeer het verkeer te controleren op al die dingen die ik zoeven opnoemde, dan heeft het weinig zin om netjes 100 km per uur achter één auto aan te blijven hobbelen. Dan kan ik gedurende 25 km ook precies die ene auto controleren, die dan heel zenuwachtig wordt. Als ik wat harder rijd, dan kan ik er veel meer bekijken. Dat is de gedachte die erachter zit. Niet de gereden snelheid, of die moet wel heel erg uit de pan rijzen. Ik voor mij vind het ook onzin dat je op zo'n brede weg maar 100 km mag rijden. De veiligheid komt echt niet in het geding als we de maximum snelheid daar wat verhogen. Of je nou met 100 of met 120 km een vast object raakt, dood ben je tóch. Dus het is geen veiligheidsissue. En persoonlijk vind ik, los van de spanning die het met zich meebrengt, dat harder rijden de concentratie wel ten goede komt. Maar goed, de powers-that-be hebben besloten dat 100 hard genoeg is er er hangt een duur computersysteem om ervoor te zorgen dat de staatskas gespekt blijft, dus waarom zou ik me druk maken over de overschrijdingen van de snelheid. Degene die dat tenslotte toch doen, vinden dat kennelijk leuk genoeg om regelmatig een bijdrage te doen aan de rijksfinanciën. Op zichzelf een nobel streven.

Nee, laat mij dan maar opletten op echt foute handelingen. En dan heb je nog die types die denken dat als je ingehaald wordt door een politieauto, je dan het recht heeft om dan maar net zo hard te rijden. Dus ik heb regelmatig volgers, die dezelfde snelheid aanhouden als ik. E dan verontwaardigd reageren als ze erop aangesproken worden. "U reed zelf veel te hard!" . Ja, maar ik mag dat en u niet. Dan volgt er wat gepruttel, maar het kwartje valt dan wel. De andere categorie let helemaal nergens op en komt mij nog gewoon voorbij rijden aan de linkerkant, terwijl ik al te hard rij. Dat is pas echt lef hebben. Ik bedoel, zouden ze het echt niet gezien hebben of kan het ze gewoon niet schelen dat ze veel te hard rijden?

Oh, en ook als de politie het te bont maakt, worden we ter verantwoording geroepen hoor. Want dat computersysteem waar ik net over sprak, dat maakt geen onderscheid tussen politieauto's en de rest. De boetes belanden gewoon op het bureau van het hoofd verkeerszaken van ons district. Die bekijkt of de overschrijding proportioneel was. En zo niet, dan mag je even komen uitleggen waarom je zo hard hebt gereden. En als je dat niet kunt, mag je gewoon zelf de boete betalen. Zoals het hoort, als je iets hebt gedaan wat niet mag. Net een gewoon mens.

zondag 4 november 2012

Roosjes melken

Zoals bekend mag worden geacht, is de politie als ordehandhavingsdienst de enige die legaal een vuurwapen mag dragen, voorhanden hebben en gebruiken. Ik reken de marechaussee in haar hoedanigheid als militaire- of grenspolitie dan maar even onder datzelfde kopje. De enige andere legale manier om een vuurwapen te bezitten is om lid te zijn van een schietsportvereniging en je met die sport bezig te houden. Ik dacht altijd dat schietsportverenigingen vooral in zwang waren gekomen na de tweede wereldoorlog, omdat mensen zich wilden kunnen verdedigen als er weer een tijd zou aanbreken als in '40-'45. Een blik op de site van de KNSA, de Koninklijke Nederlandse Schutters Associatie, leerde echter dat schietsport in Nederland al sinds 1851 bestond.

Ik ben zelf in mijn jeugdige jaren twee maal lid geweest van een schietsportvereniging en ik heb mijn liefde voor vuurwapens nooit onder stoelen of banken gestoken. Toentertijd was het ook heel simpel. Je ging naar een club, vertelde dat je lid wilde worden en je was het. Het eerste half jaar was je aspirantlid en mocht je schieten met de wapens van de vereniging en na een jaar volledig lid te zijn geweest kon je voorzichtig gaan denken over aanschaf van een eigen wapen. Zover is het nooit gekomen, om uiteenlopende redenen. Ik heb vuurwapens altijd mooi gevonden, als sportartikel. Ik stel dat laatste even heel duidelijk, omdat ik niet gezien wil worden als een of andere guncrazy, die graag op alles wil schieten wat los en vast zit.

Want, zo'n dergelijke guncrazy met psychiatrische problemen, die ook nog eens een plaatsgenoot van me bleek te zijn, is verantwoordelijk voor een van de grootste rampen in de Nederlandse geschiedenis. Op een zonnige zaterdagmorgen schoot Tristan van der Vlis in Alphen aan den Rijn zes mensen dood, verwondde een aantal anderen en pleegde daarna zelfmoord. Met vuurwapens die hij via zijn lidmaatschap van een schietvereniging had verkregen. Terwijl de jongen psychisch gewoon niet in orde was. En door die daad werd iedere sportschutter, die serieus met zijn sport bezig was, bestempeld tot een verdachte in zijn eigen huis.

Daardoor is de controle op sportschutters, en in het verlengde de jachtaktehouders, zwaar verscherpt. Werd er vroeger steekproefsgewijs door de afdeling bijzondere wetten van de politie een aantal sportschutters thuis bezocht om te zien of ze zich aan alle regels hielden, nu moeten álle schutters thuis gecontroleerd worden.

Een sportschutter moet zijn wapens thuis in een afgesloten, verankerde kluis bewaren. Ongeladen, met de munitie apart opgeborgen. Moet over de juiste papieren beschikken. Mag uiteraard niet meer of andere wapens hebben dan er op zijn verlof vermeld staan. Moet per jaar tenminste zes schietbeurten op de baan maken. Mag zijn wapen alleen in een koffer vervoeren, met de munitie apart verpakt. Overtredingen komen op een schorsing te staan van je wapenverlof en een mogelijke strafrechterlijke sanctie. Ter vergelijking, mijn dienstpistool ligt weliswaar ongeladen in mijn kluis ( maar ik ben wel de enige die consequent zijn wapen laadt en ontlaadt bij begin en einde van de dienst) maar wel met de munitie erbij en ik mag van geluk spreken als ik vier keer per jaar een trainingsmoment op de baan krijg.

Dus nu moeten we vóór het einde van dit jaar alle sportschutters en jachtaktehouders in mijn werkgebied bezocht en gecontroleerd hebben. We doen dat als de zoveelste klus die op ons toch al overvolle bordje terecht komt. Want een dergelijke controle duurt ongeveer een half uur per bezoek en dan moet alles nog pico bello zijn, anders duurt het nog langer. En omdat we in een poldergebied wonen, waar jagen van oudsher heel normaal was om de maaltijd wat aan te vullen, wonen er ongeveer 200 jachtaktehouders en sportschutters in mijn gebied. En volgend jaar moeten ze allemaal weer gecontroleerd worden.

De titel 'roosjes melken' slaat op precisieschieten, waarbij een goed schutter niets anders dan tienen schiet. Een betere titel had kunnen zijn 'als het kalf verzopen is, dempt men de put'. Want het is natuurlijk een sterk staaltje van symboolbestrijding. Niet bepaald een geval van in de roos schieten...

donderdag 1 november 2012

Nieuwigheden

Nieuwigheden bij de politie: zo eens in de zoveel tijd komt er een golf van berichten uit diverse bronnen die het hart van menig politieman/vrouw sneller doen kloppen. Vaak gaat dat over nieuwe zaken, nieuwe uitrusting, nieuwe procedures die, het moet gezegd worden, langzamerhand steeds meer geënt zijn op vergemakkelijking van het werk. Niet meer bedacht door juristen die geen bal verstand hadden van politiewerk, maar door mensen die geluisterd hebben naar de praktijk. Hetzelfde geldt voor nieuwe uitrusting. Het lijkt erop dat er nu dingen loskomen waar we echt iets aan hebben, maar ook die nieuwe mogelijkheden openen.

Zo kijk ik wel eens met enige jaloezie naar een bureau zo'n 15 km ten zuiden van ons. Het lijkt er soms op dat alle nieuwe dingen, die voor de politie worden bedacht, dáár als eerste uitgetest worden. Soms gaat dat om kleine dingen, zoals nieuwe broeken. U heeft ze misschien al gezien, een soort van soldatenbroeken ( met van die zakken aan de zijkant; was daar niet een liedje over?) die beter geschikt zijn voor een stoeipartij of het door de slootkant lopen als het werk daarom vraagt. Maar soms ook hele ingewikkelde apparatuur. Mensen buiten de politie en met name jongeren, die digitaal zijn opgevoed, verbazen zich hier nog wel eens over, maar de politie heeft sinds kort een aantal geprepareerde fietsen die gevolgd kunnen worden met een GPS-ontvanger. Deze kunnen worden ingezet om de notoire fietsendieven te kunnen vangen. Ik hoor ze denken: nou en, dat was er toch al lang? GPS bestaat toch al 10 jaar of zo? Ook hebben we al een tijdje helmcamera's voor de bikers, en sinds kort zijn deze uitgerust met een 3G module zodat collega's op het bureau live mee kunnen kijken met wat hun collega's op straat op dat moment zien. Da's makkelijk bij evenementen om makkelijk een sfeerplaatje door te kunnen geven of om een vent, die geen ID bij zich heeft - je wilt tenslotte niet elke zonder-licht-fietser-die-geen-ID-bij-zich-heeft aanhouden, dus misschien kent iemand op het bureau hem wel. Zo lijkt het wel of zij alle leuke dingen krijgen. Maar dat komt waarschijnlijk omdat ze een zeer actieve wijkchef hebben en een aantal wijkagenten die zich daar hard voor maken. Die hebben dan kennelijk geen volle bak met zaken en afspraken, denk ik wel eens kinnesinnend, maar het is waar je je hard voor wilt maken.

En zo zijn er de nieuwe auto's met een krachtiger motor; ik ben altijd verzot geweest op mijn VW transporter, maar nu sta ik toch voor een dilemma: als ik moet kiezen tussen de bus of de nieuwe touran zou ik het moeilijk krijgen. De nieuwe rijdt heerlijk en alleen dat start/stopsysteem mag er gelijk uitgehaald worden. Ook kwam er van de week bericht over het nieuwe pistool, maar daar ben ik héél voorzichtig mee, want voor je het weet...maar vooruitlopend op dat nieuwe wapen hebben we gisteren tijdens bike-IBT nieuwe procedures geoefend zoals die nu ontwikkeld worden. Ik mag daar nog niet te veel over vertellen, maar het James-Bond-gevoel was hoog! En er komt een nieuw kogelwerend vest met afzonderlijk erin te ritsen traumaplaten, die je er naar gelang van behoefte in het vest kunt ritsen. Het overhemd gaat weg en daar komt een polo'tje voor terug.

Rechtgeaarde politiemensen maken zich niet erg druk over dit soort berichten, tenminste niet uiterlijk. Ze zijn genoeg gepokt en gemazeld om te weten dat deze aken pas vrijkomen als de hogere legerleiding dat besluit. En totdat er daadwerkelijk dergelijke apparatuur op het bureau ligt, of de nieuwe kleding bezorgd wordt, geloven ze het wel ( of eigenlijk niet). Want er zijn nogal wat teleurstellingen geweest. Dus we wachten vol spanning af. Of moet ik, geheel naar de tijdgeest, zeggen: vol verwachting klopt ons hart...