Totaal aantal pageviews

vrijdag 31 januari 2014

Reùnie

Zomaar wat antwoorden krijgt die je krijgt, als je tijdens een grote alcoholcontrole aan bestuurders om hun medewerking vraagt.

- Even mijn bril afzetten, dat scheelt weer twee glazen.
- Moet ik zuigen of blazen?
- Ik wil wel meewerken, geef maar een jas en een pet.

Je houdt je geduld, en laat mensen hun dingetje doen, beloont ze met een plastic sleutelhanger en door naar de volgende. En dat soms 1000 keer op een avond. Vroeger deden we elke maand wel een alcoholcontrole, maar dat ging op een gegeven moment zoveel capaciteit opslokken, dat dat niet meer vol te houden was. Het aantal controles ging dus omlaag, de pakkans daarmee ook, maar gelukkig lijkt het erop alsof Jan Publiek die gelegenheid niet aanpakt om vaker met een borreltje achter het stuur te kruipen. Behalve onze Ooost-Europese medemens dan, want daar is rijden onder invloed een hardnekkig en nauwelijks uit te roeien verschijnsel.

Desalniettemin zijn alcoholcontroles toch vaak een reünie. Je ziet mensen die je al een hele tijd niet hebt gezien, collega's van 'buitenaf' die eens komen kijken hoe wij het doen. We zorgen altijd wel voor een lekker warm hapje en als het weer meewerkt, is het helemaal niet vervelend.

Een niet nader te noemen kamerlid maakte zich van de week boos tegenover Minister Opstelten betreffende het rijden onder invloed van drugs. Dat komt nog maar niet van de grond.
"Je kunt hier in Nederland kennelijk zo stoned als een garnaal rondrijden zonder dat de politie er iets aan doet."

Tsja. Dossierkennis ontbreekt hier ook enigszins. Wij hebben in het district onlangs een controle gehouden die wat meer was toegespitst op rijden onder invloed van drugs. Dit deden we bij een club, die erom bekend staat, dat niet-gehuwde mensen daar dingen komen doen, die je normaal gesproken alleen in een huwelijk doet. Met meerdere mensen. En dan plegen ze dat óók nog te doen onder het genot van een pilletje of een snuifje. Dan schijnt het beter te gaan, zeg maar. Bij die controle zijn 10 mensen aangehouden. Er wordt dan bloed afgenomen, want als het om drugs gaat, kun je dat niet uit een ademteug aflezen. Het bloedmonster wordt naar het NFI opgestuurd. Die maakt een expertiserapport op. En daar zit het hem in de kneep. Want het NFI weet welke stoffen allemaal van invloed zijn op de rijvaardigheid, maar gaat niet verder dan de conclusie dat "de rijvaardigheid met grote waarschijnlijkheid is afgenomen door het gebruik van die of deze stof". Grote waarschijnlijkheid. De rechter wierp een blik op deze zinsnede en stelde vast dat grote waarschijnlijkheid geen absolute zekerheid vormde en sprak alle bestuurders vrij.

Dus de wetgeving is er, want dat is gewoon het aloude artikel 8 van de wegenverkeerswet, lid 1, die stelt dat het rijden onder invloed van een stof, waarvan met weet of moet weten dat de rijvaardigheid wordt beïnvloed, strafbaar is. De middelen zijn er: een speekseltest als selectiemiddel en een bloedproef als bewijs. Alleen moet het NFI haar terminologie aanpassen, of haar onderzoeksmethoden doorontwikkelen zodat er met absolute zekerheid kan worden gesproken. Tot die tijd is rijden onder invloed van drugs inderdaad nog moeilijk aan te pakken.

1 opmerking:

  1. om maar niet te spreken van lieden die achter het stuur in slaap soezen

    BeantwoordenVerwijderen