Totaal aantal pageviews

maandag 10 september 2012

Potje mikado?

Tussen de recherche ( de detectives) en de gewone man in blauw bestaat nauwelijks een vertrouwensband, ook al werken we voor dezelfde baas. Die gedachte ging door me heen vandaag, toen ik een klus moest opknappen die de recherche eigenlijk zelf had moeten doen. Niemand doet graag werk dat een ander had moeten doen. Natuurlijk wil je de ander best eens helpen, maar het moet geen gewoonte worden dat je zijn of haar werk moet doen naast je eigen werk.

Recherchewerk is behoorlijk veranderd de laatste twee decennia. Net als gewoon politiewerk trouwens. Meer en meer hebben we te maken met criminele samenwerkingsverbanden, met vermogens afpakken, met virtuele delicten. En dat soort zaken maakt het werk niet makkelijker. Vroeger ging de rechercheur de straat op, op zoek naar werk. Nu moeten ze het doen met de waan van de dag. Met wat de 'gewone' agent hen aandraagt. Met zaken waarover ze informatie krijgen of aangiftes die worden gedaan. En ze verzuipen in het werk. Vinden ze zelf.

Vooropgesteld, het is niks voor mij. De hele dag binnen zitten naar een scherm zitten staren. Geef mij maar een buitendienst. Alleen maar papierwerk maakt me chagrijnig. En het wantrouwen dat er heerst maakt de zaak er niet beter op. Als de recherche - meestal in het weekend - een zaak krijgt die de uniformdienst heeft opgedaan, is het eerste wat ze doen, vaak wanhopig de handen ten hemel heffen en uitroepen "Hoe hebben ze dát nou kunnen vergeten?" En als de uniformdienst op hun tekortkomingen wordt gewezen, dan grommen ze iets minachtends over 'die oudemannenclub' die niet eens meer weten hoe ze een bekeuring moeten schrijven, laat staan een aanhouding verrichten. En de recherche leest verhoren en aangiftes waarin de meest voor de hand liggende vragen niet gesteld werden, elementen van het strafbare feit ( de letterlijke wettekst) ontbreken en originele stukken vaak niet ondertekend zijn.

Beide partijen hebben gedeeltelijk gelijk. Voor rechercheurs zou het goed zijn om een weekje weer op straat te lopen in uniform. Als ik dat voorstel, roepen ze vaak dat al 20 jaar straatdienst achter de rug hebben ( oude rechercheurs hebben dat inderdaad) maar dat is dan ook vaak al 10 jaar geleden en de straat is enigszins veranderd sinds die dagen. En de rechercheurs hebben gelijk, als ze zeggen dat de uniformcollega's beter op moeten letten en zorgvuldiger moeten zijn. Het verschil is overigens wel, dat de meeste collega's om de zoveel jaar een kwartaal bij de recherche gedetacheerd worden. Meestal om de stortvloed aan bulkzaken op te pakken, maar toch. Ik heb het twee keer gedaan en kreeg toch best leuke zaakjes te doen. Eén ervan leverde me zelfs 15 minuten roem op en een optreden bij Opsporing Verzocht. 

Wat moest ik vandaag dan doen? De uniformcollega's hadden twee mannen aangehouden voor diefstal van een buitenboordmotor. De recherche had haar deel van de zaak gedaan en de verdachten afgehoord en heengezonden met een dagvaarding. En daarna alles stukken teruggestuurd naar het bureau. De eerste die dáár over de map struikelde, mocht het dossier opmaken. Dat houdt in: alle stukken in de goede volgorde leggen, nummeren ( met zo'n ouderwetse nummerator, een stempel) voorzien van een voorblad, ondertekenen en in drievoud kopiëren. Het heeft me 20 minuten gekost en dat was ook helemaal niet erg. Maar waarom deden de heren detectives dat dan zelf niet?

De recherche werd de laatste paar jaar vergeleken met een spelletje Mikado. U weet wel. Wie het eerst beweegt is af. Want oudere collega's die op straat niet meer goed mee konden komen, werden de laatste jaren van hun carrière bij de recherche geplaatst. Het werd nooit met zoveel woorden gezegd, maar het was een goede voorbereiding op het pensioen. U kent dat wel, beginnen om half negen, koffie tot negen uur, lunchen om half twaalf en thee om een uur of drie. En wee degene die dat overhoop dreigde te sturen. Nu komen er gelukkig ook steeds meer jonge collega's die de ambitie hebben om goed recherchewerk te verrichten. Die ervoor doorleren. Die de misdaad echt bestrijden.

Nee, straatagenten en detectives kunnen vaak niet met elkaar door één deur. Maar we moeten wel samen de zaken oppakken. Samen er tegenaan. Het zal nooit mijn ding worden. Maar dat hoeft ook niet.

Misschien moeten we samen de hei op. Zoals dat bij veel bedrijven gebeurt, gaan bij de politie ook afdelingen regelmatig naar een niet-zo-luxe-oord ( maar veel beter dan we op het bureau gewend zijn) om daar te bomen over hoe dingen beter kunnen. Misschien ontstaat er dan weer begrip voor elkaar. Kunnen we elkaar eens recht in de ogen kijken. 's Avonds een borreltje drinken en een kaartje leggen. Of een potje........Nee, ik zeg het niet!

1 opmerking:

  1. Als tactische snap ik het grapje, maar weet ik nu hoe verkeerd deze beeldvorming is.

    BeantwoordenVerwijderen