Totaal aantal pageviews

zaterdag 23 november 2013

ptss en pillen

Sinds niet al te lange tijd is PTSS, oftewel Post Traumatische Stress Stoornis, officieel erend als een beroepsziekte bij de politie. Dat mocht ook wel, want het aantal gevallen van ptss bij de politie steeg de afgelopen jaren dramatisch. En evenzoveel collega's werden met een kluitje in het riet gestuurd met diagnoses als "je verbeeld het je maar" en "je moet eens wat meer lol malen, dan gaat het wel over" terwijl die collega's door alle gruwelijke voorvallen die ze hadden meegemaakt, slecht sliepen, nauwelijks functioneerden op het werk, in scheiding lagen en zelfs zelfmoord pleegden. Er is zelfs een heuse politie-polikliniek in het AMC voor ptss behandelingen. Desondanks was het bericht afgelopen week dat veel, ongeveer 1000, politiemannen en vrouwen medicijnen slikken voor de behandeling van ptss. Dit zijn vaak antidepressiva en andere zg. "downers" die de scherpe kantjes van de dagelijkse realiteit wegnemen. Tegelijkertijd zorgen ze ervoor dat je minder scherp, minder alert bent en daarmee een mogelijk veiligheidsgevaar vormt voor jezelf of je collega. De politieacademie ziet dit alles als een serieus probleem, en gelijk hebben ze.

Ikzelf heb geen last van ptss en ik ken geen collega's die dat wel hebben. Wel ken ik een aantal collega's die, al dan niet vrijwillig, uit de frontlijn zijn gestapt en een wat rustigere baan hebben aanvaard. Collega's die bijvoorbeeld een detachering bij de recherche aannemen, om even rust te creëren voor zichzelf en vaak ook voor hun familie. Dat ze daarmee een flink stuk inconveniëntenvergoeding inleveren, staat volgens hen niet in verhouding tot de rust die ze er zowel thuis als op het werk mee creëren. Ik ken dus ook geen collega's die, versuft door de pillen, naast me in de bijrijdersstoel hangen en niets om hen heen in de gaten hebben.

Wat ik wél weet, en dat vond ik ook best een schokkend bericht, is dat heel veel collega's downers gebruiken om na de nachtdienst in slaap te komen en te blijven. Ik niet, hoor. Als ik 's morgens thuis om, kan ik niet meer recht kijken van de slaap en moet ik snel mijn benen onder de deken trekken, anders slaap ik de rest van de dag met dat been buitenboord. Maar het is waar: collega's die geneesmiddelen slikken, of vertrouwen op de middeltjes uit de drogisterij om hun slaap op te wekken en vast te houden. Want als ze het niet doen, slapen ze hooguit drie uurtjes en daarna zijn ze nog steeds verrot. En ze gaan de volgende avond gewoon weer aan de slag, terwijl ze bij lange na niet voldoende rust hebben gehad om goed te kunnen functioneren. En er zijn er ook, die de nachtdienst besluiten met een fikse borrel ( of twee) zodat ze in slaap komen. Ook dat doe ik niet, behalve in de zomer als het écht warm is. Dan wil ik nog wel eens een biertje nemen. Om mezelf een uurtje later te vervloeken, want ja, wat er in gaat moet er ook weer uit, hè?

Dus dat probeer ik te voorkomen, want voor je het weet kun je niet meer op de natuurlijke manier de slaap vatten en ben je afhankelijk van alles wat moeder Natuur niet zo bedacht heeft. Waar ik wel moeite mee heb, is aan één stuk doorslapen. Ik slaap daarom meestal in twee etappes en dat werkt goed voor mij. Ik slaap eerst een vijf uur aan elkaar, ga er dan uit voor een lunch en wat kleine klusjes, kijk een film of lees een boek en dan ga ik nog een paar uurtjes terug. Dat helpt me de nacht wel door.

Zo heeft iedereen zijn ding. Ik mag toch wel hopen, dat als collega's merken dat hun dienstmakkers volslagen versuft aan de koffietafel zitten, ze de verantwoordelijkheid nemen om die mensen uit de vuurlinie weg te halen. Als de leidinggevenden dat nog niet gedaan hebben, tenminste. Want een collega die niet voor de volle 100% scherp is, is een gevaar voor zijn omgeving. En voor zichzelf.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten